donderdag 28 januari 2010

Muziek: Stereophonics - A Thousand Trees

Talk of the town:
"He-j 't a heurt?"
"Wat mo-k heurt hebb'n dan?"
"Dinges van Dinges lüp met Dinges van Dinges!"
"Oh joah?"
"Joah!"

Dit is niet echt, maar het is wel de samenvatting van wat er zoal besproken wordt. En dat gaan niet meer, zoals dat zo voorgesteld wordt van vroeger. Niet bij de kapper, de groenteboer. De bakker deed altijd aardig dienst als kettingpost bezorger als hij het brood langsbracht. Maar hij is met pensioen, al een paar jaar. En er zijn toch minder huisvrouwen thuis om nieuwtjes te geven en ontvangen. Ze moeten werken, of willen dat. Maar nu is er sms, hyves, weet ik veel. Er is genoeg om de leemte op te vullen. Want man, ze weten nog veel, de mensen.

Nu wordt er wel eens geklaagd over privacy, over hoe je moet kunnen doen en laten wat je wilt. Hier, in Groningen, grote stad, voor Nederlandse begrippen, kan het mijn buren, postbode, kapper en de mensen van wie ik melk en brood koop het geen zak schelen wat ik doe, met wie en waarom. Ze willen het niet weten, al zou ik het ze vertellen. Er is hier geen gevoel van "wat zult de leu wa neet zegg'n". Maar dat is de reden waarom we goede dingen doen, of geen slechte dingen doen. Tenminste, volgens de ongeschreven regels van ons allen dan.

We geloven niet meer in een god die over onze schouder kijkt, en de omgeving kijkt wel maar haalt z'n schouders op. Waarom zouden we nog goed doen? Alleen voor ons eigen gewin in het hier en nu. Als dat maar goed gaat.

"Standing at the bus stop with my shopping in my hands
when i'm over-hearing elder ladies,
As the rumours start to fly
You hear them in the school yard
In the scrap yard
In the chip shop
In the phone box
In the pool hall
At the shoe store
Every corner turn around"

donderdag 21 januari 2010

Muziek: Fleetwood Mac - Oh Well (part I)

De elite, dat bestaat nog. Laatst werd een persoon van dit uitstervend ras aangehouden wegens een verkeersovertreding. Je weet wel, in zo'n blik-op-de-weg/wegmisbruikers-programma. Hij legde uit dat hij niet aangehouden diende te worden, want mensen in Nederland zijn nu eenmaal niet gelijk. Mensen als hem: niet aanhouden. Met andere woorden: "Ga boeven vangen, een buitenlander of zo!"

Waarschijnlijk was dit nog een nakomeling van de mensen die tegen algemeen stemrecht waren, en allemaal tegen dingen als een cao. Een lange traditie van directeuren en doktoren in de familie. Z'n opa had nog olifanten geschoten met Bernhard, Prins Bernhard. Zijn bloed is blauw.

Wordt de oude elite met uitsterven bedreigd, er komen nieuwe rijke neusjes van de zalm bovendrijven. Als ze aangehouden worden met hun Audi, dat klagen ze alleen over het tijdverlies dat meneer agent aanricht. De boete is voor hen niet van belang, dat is een schijntje. Ze geven er nog net geen tientje fooi bij voor de agent, met een knipoog van: "Ga jij daar maar eens lekker mee naar McDonalds."

"I can't help about the shape I'm in
I can't sing, I ain't pretty and my legs are thin
But don't ask me what I think of you
I might not give the answer that you want me to

Oh well

Now, when I talked to God I knew he'd understand
He said, "Stick by me and I'll be your guiding hand
But don't ask me what I think of you
I might not give the answer that you want me to

Oh well"



PS. ja, ik weet, hier hoort eigenlijk een nummer over elitair volk of over geld, maar ABBA of Pink Floyd vond ik niet wat. Je hebt ook nog The Kinks. Hoe dan ook, de ouwe Fleetwood Mac, met Peter Green en zonder dames. Goed gitaarwerk en scherpe tekst. Later aan de drugs geraakt die man, werd paranoïde en schizofreen, dus toen kwamen die dames in beeld. Go Your Own Way, zonder Kate Bush, met Stevie Nicks. Vroeger...

woensdag 13 januari 2010

Muziek: Johnny Cash - A Boy Named Sue

In mijn eerste halfjaar in Groningen zat ik tussen een allegaar van mensen. Enkele honderden studenten die een studie hadden gekozen die slechts voor een klein gedeelte met elkaar van doen hadden werden toch in dezelfde collegezalen en practicums geduwd. Mensen die hun roeping zagen in het onderzoeken van het zwemgedrag van dassen (biologen/ecologen) zaten naast mensen die niet verslavende cocaïne wilden ontdekken, voor medische doeleinden uiteraard (farmaceuten/apothekers). Ik hoorde bij geen van beide, en toch zat ik erbij, om gezellig met zijn allen ratten ontleden.

Waar het om gaat is mijn naam. Of namen in het algemeen. Een Chinese farmaciestudente wilde weten hoe een Twentse jongen aan zo'n Chineze naam kwam. Ik legde uit dat de Nederlandse jongensnaam Han afgeleid was van Johannes, zo'n apostel. "Dus je heet eigenlijk Johannes?". Volgens mij ben ik er vervolgens niet toe gekomen om tot een bevredigend antwoord te komen. Ga er ook maar eens aan staan.

Ik hoop dat ouders hun kinderen een naam geven met een goede reden. Soms religieus, naar een profeet, god, apostel, of heilige (Jozef, Maria, Johannes, Marcus, Mohammed, Judas, Achilles, Ajax, Johan Cruyff). Soms naar opa, naar oma, of naar een jeugdheld (Jimi, Bob, Dylan, Jefferson, Marilyn, Janis, Robbedoes, Kwabbernoot, Asterix, Suske, Wiske, Kuifje, Lois Lane). Lastiger wordt het al als een kind wordt vernoemd naar een ding of begrip. In Amerika, waar anders, kunnen meisjes Summer, April of Autumn heten. In Nederland verhullen we ons achter een andere taal, maar Luna betekent ook gewoon maan. En Noël kerstmis.

Waar het vervelend wordt, is wanneer namen tweezijdig zijn: Jongens heten Kim, broer en zus heten Kees, buurmeisjes en buurjongen heten Reneé en René. Je kunt overal aan wennen, maar toch, waarom zou een ouder een kind in verlegenheid willen brengen met een lastig uit te leggen naam? Hoewel ik ook wel snap dat jongens die je nu Harm, Henk, Koos of Karel doopt er straks ook een beetje ouderwets bij lopen.

Waar ik medelijden mee heb, hoewel ik er nog niet één ben tegengekomen, is de jongetjes die naar de eerste Idols-winnaar zijn genoemd, hoewel dat de laatste jaren al minder erg is als daarvoor. Jamai is een vreemde naam, en dat vinden mensen leuk, vooral als dé Jamai even heel populair is bij miljoenen mensen. Misschien zou hij wel de Nederlandse Robbie Williams zijn geworden. Maar tegen de tijd dat de jongetjes die naar hem vernoemd waren op de basisschool aankwamen, was Jamai al uit veel geheugens gewist. Of erger, alleen nog bekend als die geflopte popster die ook nog homo bleek te zijn en enkel nog op televisie was om commentaar te geven op De 25 slechtste wasmiddelenreclames uit de jaren 90. Later knokte hij zich nog terug in de musicalwereld, en redde daarmee enigszins zijn naam, en daarmee die van zijn naamgenoten.

Huisdieren mogen daarentegen van mij de meest vreemde namen hebben. Het is alleen maar lachen. Weten die beesten veel. Vroeger heetten alle honden op de boerderijen volgens mijn vader gewoon Hond. En onze kat luistert nog steeds het best naar een fel geroepen "Kat!", hoewel zij eigenlijk Mick Jagger heet. We hadden stierkalveren met de namen Balthasar, Piet, Pietersen en Janus, katten met de namen Links, Rechts, Baileys en natuurlijk Minoes. Uiteraard een hond genaamd Arco, maar ons huidige model heet Varenka, hoewel ik geen idee heb hoe mijn zus daarbij kwam. Het komt van Barbara, wat een waardeloze hondennaam is, dus dit is in ieder geval beter.

Er is natuurlijk iets te zeggen voor een vreemde, unieke naam voor een kind. Het springt eruit, het is een begin van een gesprek. Het is ook niet fijn om door het leven te gaan als Mark A, Mark B en Mark C, omdat jouw naam zo bijzonder was voor zo veel ouders dat het nu allang niet meer bijzonder is en er nu drie mensen met dezelfde naam op de klassenlijst staan. En zeker weten dat je de enige bent met je naam in de wijde omgeving, dat is makkelijk telefoneren: "Hallo? Ja? Ja, met Karbonkel". Een achternaam is overbodig dan.

Verder schijnen er nog veel meer redenen te zijn om een naam te kiezen, of niet te kiezen. Of je er pesterige rijmpjes mee kunt maken bijvoorbeeld. "Han in de koekenpan", was populair in de kleuterklas, en nog steeds bij mijn buurjongetje. Maar niet echt pijnlijk. "Han kan er niks van", das al wat minder. Maar Han kan er ook wat van. Ik neem mijn ouders dus niks kwalijk. Zij hadden ook niet kunnen vermoeden dat van Han met een vreemde hersenkronkel Kaas gemaakt kon worden. En voor een Chinees zal niemand me aanzien.



P.S. bij dit nummer doen enkele zinnen van de tekst het geheel geen eer aan, dus klik hier voor de hele tekst. Niet geschreven door Cash, maar hij ziet er wel uit alsof hij zijn vader in elkaar zou rammen omdat deze hem Sue heeft gedoopt.

donderdag 7 januari 2010

Muziek: The La's - There She Goes

Over de obsessie met voetbal. Er is al een heel boek over volgeschreven (Pitch Fever of Voetbalkoorts van Nick Hornby, echt goed, grappig). Maar het blijft verbazing wekken. Om zelf te voetballen op zondagmorgen in de kou, voor beweging en plezier (tijdens en na de wedstrijd), dat is voor te stellen, dat is hobby. Maar rond diezelfde tijd gaan mensen op pad om voetbal te gaan zien in een koud en tochtig stadion, nippend van te duur bier uit plastic. Of gewoon, langs te kant van een veld bij de amateurclub. Daar staan mensen te kijken die geen familie zijn van de spelers, of vrienden. Maar ze zijn hun club.

En dan heb ik het niet over de goede tijden, zoals bij FC Twente nu. Ze staan bovenaan, en soms is het voetbal werkelijk een lust voor het oog. Dat wil je zien. Maar mensen gaan ook voetbal kijken als ze van te voren weten dat 'hun' team gaat verliezen, en waarschijnlijk omdat ze minder goed zijn, of gewoon slecht. Ze mopperen wat, of gaan zelfs over tot tieren en vloeken, op de tegenstanders, de scheidsrechter, en natuurlijk de eigen spelers. Het is geknoei, vals, slecht, enzovoort. Maar volgende week staan ze er weer.

Er hoort meer bij: het opbouwen van rivaliteit met je lievelingsvijanden en streekgenoten. En wie er altijd bij is, mag anderen nepsupporter of teletekstsupporter noemen. Maar daar moet je wat voor over hebben: er dus altijd zijn, en als Feyenoordfan je neefje van vijf eerst vragen zijn Ajaxshirtje uit te doen voordat hij bij jou binnenkomt, en als Twente-fan geen Heracles maar Calimero zeggen, of wat het kengetal van Almelo ook is.

Met dit soort van fanatisme houd ik me niet bezig. Ik ben een prototype teletekstsupporter: als kind speurde ik alle teletekstpagina's over voetbal, gewoon om er meer over te weten. Ik bezoek zeker twee keer per dag twee verschillende voetbalsites, op zoek naar het laatste transfernieuws. Mijn telefoon trilt bij ieder doelpunt wat Twente maakt, en in het café mag het wat mij betreft bijna altijd wel over voetbal gaan. Toen ik in de jeugdeltallen speelde wist ik uit mijn hoofd hoeveel doelpunten iedere speler uit mijn team had gemaakt en ik kon spelers van de tegenstander van twee jaar geleden nog herkennen. Een seizoen lang heb van bijna alle wedstrijden een verslag geschreven. Ik had en heb zo mijn eigen fanatisme.

Nu is het winterstop, en alles is wat onwennig. Alleen in Engeland wordt gespeeld, maar verder gebeurt er weinig op voetbalgebied. Zelfs de wintertranfergeruchtenmachine komt maar langzaam op gang. Zelf kan ik pas begin februari weer te voetballen. Maar er zijn ook nog films over voetbal(fanatisme). Al worden deze voor de verandering niet in Europa gemaakt. Engeland is hier de marktleider. Er zijn hooliganfilms, zoals Hooligans, maar ik ga voor de verfilming van Fever Pitch: Fever Pitch. Over een Arsenal-fan, die wel over iets anders wil maar niet kan denken. Werk en een privéleven lijken soms vrij onbelangrijk als met een grote groep mensen niets anders dan het beste hoopt voor één ding: jouw team.

"There she goes
There she goes again
Racing through my brain
And I just can't contain
This feeling that remains"



PS. Ja, ik ben weer overgestapt op de muziektitel. Vind het toch fijn zo. Dan maar geen duidelijk verband. Zoals vandaag: There She Goes speelt als eerste nummer in de film. Om met Hans Teeuwen te spreken: "Voilà, het verband!"

zaterdag 2 januari 2010

Muziek: The Walkmen - In The New Year

BAM BAM BAM BAM BAM. Henk is er weer! Volgens de overdracht knallen we met oud en nieuw om de slechte geesten te verjagen die verantwoordelijk zijn voor de kou, de regen en het donker van de winter. Maar ik denk dat de meeste mensen hier in de tent niet bang zijn voor geesten. Ze staan met bier in de hand door plexiglas te kijken hoe hoe gigantische melkbussen en kanonnen zich ontdoen van hun deksel. Zelfs na tien knalsessies schrikken mensen nog van de dreunen, die het zijl van de tent doen schudden, zodat het condenswater eraf lekt. Carbidschieten is een traditie in Twente, maar deze jongens hebben het fenomeen naar een heel nieuw niveau getild.

Vorig jaar stonden we nog buiten te kijken. Ingepakt tegen de kou rond een vuurtje. Maar de sneeuw sneeuwt haast horizontaal, daarom zijn alleen degenen die de kanonnen bedienen buiten. De rest, het publiek, staat in de tent, naar Henk te luisteren. Radio Henk. Zo heet het piratenstation dat ieder jaar op oudjaarsavond rockmuziek draait om het carbidschieten te begeleiden. Waarschijnlijk zijn er laat in middag meer luisteraars in de tent dan via de radio, maar dat is niet het punt. De muziek knalt, er worden slechte moppen getapt en er speelt een band. En eenmaal aangekomen wil bijna niemand de warme tent nog verlaten om door de sneeuw naar huis te fietsen.

Maar thuis wacht een maaltijd, champagne en nog meer vuurwerk. En een pauze van al het bier kan ook geen kwaad. Het jaar wordt ingeluid, en door het inmiddels heldere weer zie je almachtig veel vuurwerk. In het café wordt er nieuw jaar gewenst en geproost. Velen zijn duidelijk nog aangeslagen van die laatste middag van het afgelopen jaar. Maar toch, dit feest hoor je niet over te slaan, en al helemaal niet vroeg te verlaten. Een zevental uren in het nieuwe jaar val ik in slaap. Het is gelukkig nieuw jaar. Bedankt, Henk.

"I know that it’s true
It’s gonna be a good year
Out of the darkness
And into the fire"