donderdag 27 januari 2011

Muziek: Nou En - Gothic Meisje

Er was een tijd dat ik dacht dat je veel over een persoon te weten kon komen aan de hand van zijn of haar muzieksmaak. Het ging net niet zover dat iemand met een (naar mijn mening) goede muzieksmaak ook direct een Goed Mens was, maar veel minder ver dan dat ging het ook niet. Het was de tijd nadat ik verder was gaan kijken dan de platenkast van mijn ouders en de clips op TMF. Vooral TMF was essentieel om op muzikaal vlak geen bloopers te maken in de brugklas. Met de nieuwste Hitzone in je cd-rek zat je goed.

Maar met dansles brak de uitgaansperiode aan, en TMF was in een klap een waardeloos medium. Die muziekliefhebbers in het dorp en omstreken waren grofweg op te delen in twee kampen: rockers en piraten. En geen van beide genres had nu direct de voorkeur van The Muziek-Fabriek. Ik zat mijn bescheiden cd- en mp3-collectie al met één been in het rockerskamp, en voor de rest bestond onze groep uit rockers, mensen die het niet veel schelen kon en één piraat. Al met al maakte dat de keuze eenvoudig: rockmuziek moest het worden, rockmuziek moest het zijn. Daarbij komt dat het internet veel voller stond met rockmuziek en blogs en recensies daarover. Amerikaanse recensenten vertelden me op allerlei sites welke muziek geluisterd diende te worden. En ik luisterde, al deed ik dat voor mezelf.

In de keet was Metallica voor velen de norm. En na mijn laatste toetsweek en de eindexamens van mijn vrienden trokken we met de trein naar de Amsterdam Arena, om ze daar te zien spelen. Een mooie maandag in juni 2003, het dak was open. En daar kwamen we erachter dat er rockliefhebbers waren die er een stuk meer werk van maakten om daarmee te koop te lopen. Om ons heen zagen we wijde broekspijpen, tatoeages, piercings, zwart gekoolde ogen, witgekalkte gezichten en geverfde haren in vreemde tinten. Het zag er enigszins misplaatst uit in het zomerse zonlicht. Gelukkig liepen er nog voldoende mensen rond in t-shirt en spijkerbroek, zodat we niet geheel uit de toon vielen.

In het voorprogramma was Korn nog goed te pruimen, maar Slipknot was eerder een circusact dan een muziekgroep. Met lugubere clownsmaskers op leverden ze een show die wild en ruig moest overkomen, maar soms eerder komisch was. Zoals op het moment dat een dezer mannen met alles wat hij in zich had met een honkbalknuppel gretig te keer ging op een drum, zonder dat daar ook maar het minste gerucht van te horen was. Daarna speelde Metallica, en we genoten. Tijdens "Battery" vroeg James Hetfield, zoals hij dat overal ter wereld doet: "Are you alive? Tell me, How does it feel te be alive?" En we brulden, we waren in leven en het voelde goed. Op de terugweg neurieden we half slapend het deuntje van "Frantic" na. Het bleef nog een week hangen.

Maar ik was wel een beetje van mijn geloof gevallen. Hoewel ik nog steeds mijn teleurstelling moeilijk kan verbergen als iemand aangeeft dat Marco Borsato zijn (of haar, meestal haar) favoriete artiest is, heb ik niet meer de behoefte om te pas en te onpas als een soort Jehova-getuige overal het Geluid van Goede Muziek te gaan verkondigen. Ook als je van Metallica of van mijn andere favorieten houdt, ben je nog niet direct een Goed Mens. En ik was blijkbaar niet de enige die zijn prioriteiten had bijgesteld. Een vriend stelde dat zijn aanstaande meisje geen rockliefhebster hoefde te zijn, want: "wat zijn deze lelijk."

"Iedereen vindt jou nogal apart
Want je laarzen en je rok, ja zelfs je haar is zwart
En op je T-shirt staat een bloedende maagd
En een grijnzende heerser van de duisternis
Ik had me wel een voorstelling gemaakt
Maar ik wist niet dat hij in het echt zo lelijk is"



PS. De muziektitels van dit blog zijn nog een restantje van de neiging om goede muziek te verspreiden. Dit nummer is niet direct een aanbeveling, erg goed is het nummer niet. Maar ik herinnerde me het nummer omdat er rond het uitbrengen van deze single de leden van deze band met de dood werden bedreigd door op hun tenen getrapte gothics.

Oh Oh, en, voor de liefhebbers, het eerder genoemde "Battery":

vrijdag 21 januari 2011

Muziek: Skik - 's Nachts

Ik lach m'n maat nog even uit omdat hij gruwelijk hard onderuit ging op de fiets, en dan, op de kruising neem ik afscheid. Hij fietst rechtdoor, ik sla rechtsaf. Het is zaterdagochtend half drie. Nog vijf minuten trappen en ik dan ben ik thuis, maar toch stap ik af. Ik zet m'n hoofdtelefoon op, schakel een mooi nummer in en plas dan in de berm. Als ik daarmee klaar ben blijf ik nog even staan. Ik zie ineens iets aan de andere kant van de weilanden, in het maanlicht. Het is de skyline van ons dorp.

Ja, ha ha. Maar ons dorp heeft een skyline vanaf de plek waar ik sta. Het is geen New York, maar, van de andere kant, daar fiets ik nooit langs 's nachts. Geen Vrijheidsbeeld of Empire State Building dus, maar een verlichte klok op de kerktoren die over de huizen uitkijkt. Ik was altijd licht verongelijkt als het dorp op internet, in gidsen, kranten en boeken een kerkdorp werd genoemd, maar van hieraf bekeken kun je er niet omheen: de kerk steekt er met kop en schouders bovenuit. Voor de rest kun je lichten zien branden in tuinen en vanuit dakramen. Ten tijde van m'n nachtelijk sanitaire stop kun je nog net de top van de kerstboom zien die ieder jaar wordt opgezet op het pleintje gelegen aan een van de straten die onze bebouwde kom rijk is.

Binnen een minuut ben ik uitgekeken en fiets ik door. Dus misschien is deze skyline geen uithangbord voor ons dorp. Eigenlijk is ons dorp helemaal geen uithangbord voor zichzelf. Mensen rijden er door, met de auto, op de fiets, in de bus (oké, in het busje) en stoppen soms om wat te eten of te drinken. Onze kerk is belachelijk jong voor een kerk, de huizen zijn gewoon huizen, en de rotonde... is gewoon rond. Geen toeristische trekpleister dus, dit gehucht. Gelukkig niet.

"'s nachts de stilte veur de storm
de storm die wel weer liggen giet as't duuster wordt
't is dan lang zo muuijlijk nie want
's nachts zie ik 't nie zo duuster in
ik ben gien lampe meer neudig
lichter kan het nie
ik laot de maone zien licht der over schienen"

KLIK voor muziek

donderdag 13 januari 2011

Muziek: Semisonic - Closing Time

Het begin van een avond uit is een fase van afwachten, fase 1, als je wilt. Het is nog vroeg, de band speelt, zonder respons, haar eerste set, of een DJ probeert tevergeefs de sfeer er al in te brengen met opzwepende muziek. En je staat daar, met je drinken, en de mensen waarmee je gekomen bent. Beetje rondkijken, beetje praten over dinges, dittes en dattes. Over hoe het is met de koeien en de kalveren. Wat je om je heen ziet is een festijn dat nog moet beginnen: ongekreukte kleding, in model zittende kapsels, en de mensen daarin en daaronder allemaal op zoek naar hun plek voor deze avond. Af en toe zie je mensen die al dansen op een lege dansvloer, en elkaar gillend, brullend, joelend en/of kussend begroeten. Het zijn van die principiële sfeermakers, immer lachende onbeschaamd ongedwongen mensen, die bezweren geen alcohol of gezelschap nodig te hebben om er een feestje van te maken. Ik ben niet zo iemand, en ik ken er geen, persoonlijk.

Ergens tussen een half en anderhalf uur na je aankomst komt het op gang: fase 2. Je hoeft niet meer naar woorden en gespreksonderwerpen te zoeken, je lijkt je ongemerkt van plek naar plek te begeven, terwijl de tijd doorvliegt. Je grapt, je lacht, je danst, je lacht, je drinkt, je lacht, je sjanst, je lacht: Alles is lachen. Als je dan, even later, voor de variatie een keer rondkijkt, merk je dat de boel in beweging is. De muziek is zachter, of uit, de lichten branden feller, glazen worden verzameld, personeel duwt je vriendelijk maar beslist dichter richting de uitgang. Je zoekt en vindt de tijd op je horloge of telefoon, en merkt wederom op dat fase twee veel sneller voorbij gaat dan fase één.

De derde tevens (meestal) de laatste fase is aangebroken: de weg naar huis. Deze begint in mijn geval bijna zonder uitzondering met het zoeken naar de taxi, vaak een lange touringcar. Het hoort eenvoudig te zijn, de chauffeur heeft de heenweg vertelt hoe laat hij terug zou zijn, maar de praktijk vertoont vaker dan zelden enkele haken en ogen. Maar tenzij je erg onfortuinlijk bent vindt je een taxi die gaat waar jij naartoe wilt. Afhankelijk van de intensiteit van de avond kan de sfeer in taxi variëren van muisstil tot iets dat het midden houdt tussen een kippenhok en een zwijnenstal. Het komt voor dat een groot deel in slaap is gevallen, terwijl de rest zich koest houdt met zacht gepraat en het pielen met telefoontjes. In andere gevallen is het gangpad levensgevaarlijk, mensen vliegen heen en weer terwijl er wordt gecommuniceerd in lawaaierige termen die niet in aanmerking komen om zinnen genoemd te worden. Als je oplet kun je zien hoe de chauffeur zorgelijk in zijn spiegels kijkt om te zien of hij vannacht zijn klanten en zijn bus nog ongeschonden thuis kan brengen.

Als de taxirit voorbij is valt de boel uit elkaar. Sommigen laten zich thuis afzetten door het taxibedrijf, de rest begeeft zich in kleine groepjes per fiets of te voet huiswaarts. Thuisgekomen vinden sommigen nog de energie voor een laatste drankje, een gebakken ei, de televisie of het internet. Daarna is er het bed, dat alles is wat je dan nog nodig hebt. Fase 3 is ten einde. Uren later wordt je met een tevreden gevoel wakker, als het goed is. Maar vaak is daar dan de wekker, die me vertelt dat ik binnen een uur op het veld moet staan. En eenmaal op het veld valt dat meestal ook nog wel mee.

"Closing time - open all the doors and let you out into the world
Closing time - turn the lights on over every boy and every girl.
Closing time - one last call for alcohol, so finish your whiskey or beer.
Closing time - you don't have to go home but you can't stay here."





PS. Semisonic heeft ook dat liedje "Chemistry" gemaakt. Dat nummer wordt gebruikt voor het item 'flirt je stijf om kwart voor één' op 3FM, op zaterdag, en op zondag geloof ik. Het is er altijd op als ik mijn boterhammen naar binnen werk 's zaterdags op m'n werk. Sjansen op de nationale radio, het is als boer zoekt vrouw in een paar minuten.

Muziek: Voicst - So Simple That It's Hard To Understand

"An open mind makes things complicated"

Als je station Groningen via de zuidzijde verlaat, via de loopbrug, dan kom je over het voetpad waar ruim een jaar lang de bovenstaande tekst te lezen viel. Nu is het te vervaagd om het te kunnen lezen, maar voor een lange tijd kon je er niet om heen. Het stond er in oranje letters (dit is een gok, gezien mijn kleurenblindheid kan ik nooit 100% zeker zijn van mijn oordeel), in een duidelijk handschrift. Je las het zodra je de trap afkwam, zowel in daglicht als in het lantaarnlicht in het donker. Honderden, misschien duizenden mensen moeten het hebben gelezen.

Deze tekst viel me op omdat het een stuk filosofischer is dan de meeste graffiti, waar je vanuit de trein prima zicht op hebt. Deventer werd op een ongebruikt perron betiteld als 'Moskou aan de IJssel". Maar niet vaak zie je een kladsel dat daadwerkelijk hangen blijft. En waar je dan nog eens over na moet denken. Over "FCT Rulezz" of "Ajax Sucks" hoef je niet lang te piekeren. Dat zijn kleine plasjes om het territorium af te bakenen. Je kijkt uit het raam, en ziet welke club hier het meest geliefd is, en met welk sjaaltje je hier beter niet kunt uitstappen.

De stelling dat een open geest dingen ingewikkeld maakt is echter heel andere koek. Wat moet je ermee? Is het een hart onder de riem voor mensen die een open mind hebben, of is het een argument om vooral simpel van geest te blijven en vast te houden aan je vooroordelen? Ik heb het vermoeden dat het antwoord in de buurt van het eerste moet worden gezocht. Feit is dat de mooiste dingen ontstaan met een open geest. Zonder een open geest achter de spuitbus had er waarschijnlijk "WELCOME2GRUNN" gestaan, of iets minder vriendelijks. Op een open geest onder graffiti-artiesten.

"It's so simple that it's hard to get"