vrijdag 28 december 2012

Muziek: Elvis Costello - Radio, Radio

Ze gingen te voet. Naar een van de weinige lokale televisiebezitters. Met een hele bende volk zaten ze dan te turen naar een scherm ter grote van een opgeslagen boek. Een kanaal, een programma. Zo vertelt vader het bij het haardvuur, zo was het in het begin van televisie. Zo moet het ook geweest zijn met de eerste radio, de eerste geluidsopnames. Luisteren naar iemand die niet in de buurt is! De techniek stond voor niets! Dit is allemaal speculatie van mijn kant. Maar de techniek heeft niet stilgestaan, met een beetje geduld en een paar klikken kan ik tal van films, programma's, muziekstukken en ander entertainment op mijn laptop te voorschijn 'toveren'.

Daarom is de radio-obsessie aan het eind van het jaar zo opvallend en mooi. Een stel DJ's van een nationaal popstation sluit zich op in een huis van plexiglas. Voor het goede doel, betaal voor je verzoekje, en je maakt mensen die het minder hebben een stukje blijer. Je kunt het horen op de radio, je kunt het zien op tv, je kunt het volgen op internet. Maar wat gebeurt? Mensen gaan naar de huis van plexiglas, om in den lijve die DJ's die plaatjes te zien en horen draaien. 

Een paar dagen later gebeurt hetzelfde, zij het op kleinere schaal, zij het niet voor het goede doel. Mensen trekken hun mooiste pak aan, betalen de taxichauffeur om zo dicht mogelijk bij de draaitafel van een piratenstation bier te kunnen drinken. Ik was erbij, en ik houd niet eens van die muziek. Die Zwarte Pannenkoeken! Die Kneiters! Die Hits! Die übertolle, ganz geile Polka Platten! Er wordt gezongen over meisjes in spijkerbroeken, over varkens op weg naar Beiroet, over Ursula en over de lafaard van de stad. Orgeltjes janken, harmonica's pompen, bassen pummelen, stemmen schallen. En als ik op terug in de bus zit moet ik concluderen dat ik wel een mooie avond heb gehad.

Radio 2 zet 2000 platen op volgorde naar de smaak van zijn luisteraars. Ik ben het niet eens met die smaak (want Adele heeft niet 6 van de honderd beste platen ooit gemaakt, kom op nou!) Maar ik luister, en ben blij is er een langs komt die ik wel kan waarderen. Waarvan ik denk, die had in mijn lijstje gemoeten. En ook hier gaan mensen heen, het Top 2000-café schijnt zowat uit haar voegen te barsten. Komt dat zien, er wordt radio gemaakt!

Op oudjaarsdag is het volgende radio-evenement aan de beurt. Een station dat slechts een keer per jaar, één dag, hoogstens 10 uur draait. De DJ eet gewoon. Daar moeten we heen! Maar nu zijn de omstandigheden ook optimaal. Een stalkachel verwarmd de tent, kampvuurtjes in olievaten de mensen die buiten staan. Waarom staan ze buiten? Met kanonnen worden met oorverdovende dreunen deksels weggeschoten. Dan halen ze die weer op, om weer hetzelfde lot te ondergaan. Binnen wordt radio gemaakt. De DJ draait plaatjes en houdt praatjes. Een groot deel van zijn luisteraars staat op tien meter afstand bier te drinken en hamburgers te eten. Ik kan naar hem toelopen en vragen of hij een favoriet van mij wil draaien. Hij zal dit hoogstwaarschijnlijk doen. De techniek staat voor niets.

"Radio is a sound salvation
Radio is cleaning up the nation
They say you better listen to the voice of reason
But they don't give you any choice 'cause they think that it's treason
So you had better do as you are told
You better listen to the radio"



PS. Elvis Costello schreef dit nummer over de teloorgang van de radio, die naar zijn mening ten onder ging aan commerciële belangen en censuur (BBC wilde bijvoorbeeld niet de Sex Pistols draaien).
Costello speelde dit nummer live bij Saturday Night Live (Amerika's Kopspijkers) in plaats van het uitdrukkelijk verzochte andere nummer. Hij werd verbannen van het programma. Later mocht toch weer komen. Zo onderbrak hij The Beastie Boys tijdens het intro van "Sabotage" en speelde samen met de rappers "Radio, Radio". Zie hierboven het resultaat: "I'm sorry, ladies and gentlemen, there's no reason to do this song here."

Hier de link naar het originele SNL-incident. 

donderdag 20 december 2012

Muziek: R.E.M. - It's The End Of The World As We Know It (And I Feel Fine)

Morgen vergaat de wereld. Tenminste, dat geloven sommigen. Dat baseren ze op de Maya-Kalender, die loopt morgen af, op 21 december 2012. NASA heeft al deze geruchten al ontkracht, maar de wetenschap heeft al eeuwenlang ondervonden dat er niet te redeneren valt met overtuigingen (de aarde was plat, de mens is geschapen naar God's evenbeeld, ziektes ontstonden spontaan). Maar wat werkelijk opmerkelijk is, is dat er mensen zijn die én geloven dat de wereld vergaat én ervan overtuigd zijn dat zij aan dit lot kunnen ontkomen. De Doomsday Preppers. De wereld vergaat, maar wíj niet! Sektes, families en eenlingen brengen alles in gereedheid, slaan voedsel in, en verschansen zich ergens op de wereld waar ze de ondergang van diezelfde wereld denken te kunnen overleven. Inmiddels is in de Stille Oceaan 21 december al begonnen, en de eerste mini-eilandjes hebben laten weten dat ze gewoon nog bestaan. Maar wie weet wacht de wereld tot de één voor twaalf met vergaan.

Ik ga er in ieder geval van uit dat de wereld nog wel even doordraait. Maar stel je het eens voor: op een dag gaan alle televisiestation ineens over naar een spoedjournaal: de mannen van NASA komen in beeld met een gezicht alsof de wereld vergaat. Wat blijkt? De wereld vergaat. "Sorry, jongens, er komt een stuk steen op ons af vliegen die onze aardbol aan stukken zal slaan. We hebben nog een paar berekeningen gedaan, maar het klopt echt, en we kunnen er niks aan doen. Over 5 dagen is het zover." Wat dan?

De opties: je gaat door alsof er niets aan de hand is en wacht op wat komen gaat; je gaat letterlijk leven alsof iedere dag je laatste kan zijn, alles wat je voorheen niet durfde of mocht doe je nu wel; je maakt er direct een einde aan, om alles in eigen hand te houden; je wordt Doomsday Prepper, ervan overtuigt dat jij er tussen uit kunt glippen, dat je de hele aarde toch niet nodig hebt. Je knutselt een ruimteschip in elkaar en hoopt er het beste van. Los van waar je voor kiest, ik denk dat het een mooi zootje zou worden.

Maar dat is 'wat als'. Mijn voorkeur heeft het dat de wereld nog even niet vergaat. Er is nog zoveel te beleven. Zo loopt op 31 december onze kalender af. Een eigenaardig gedrag maakt zich dan altijd van ons meester. Kanonnen worden opgesteld en afgeschoten, en er wordt gedronken en gegeten alsof het onze laatste dag kan zijn. Tot diep in de nacht gaat dat door, tot we gaan slapen. Als de nieuwe kalender allang begonnen is op 1 januari worden we wakker, en dan zullen we weten hoe de Doomsday Preppers zich 22 december aanstaande zullen voelen. Want wat moet dat toch een kater geven.

"The other night I dreamt of knives, continental drift divide. Mountains sit in a line, Leonard Bernstein. Leonid Brezhnev, Lenny Bruce and Lester Bangs. Birthday party, cheesecake, jelly bean, boom!
You symbiotic, patriotic, slam book neck, right? Right.

 It's the end of the world as we know it.
It's the end of the world as we know it.
It's the end of the world as we know it and I feel fine...fine..."



PS. In het boek "On the beach" van Nevil Shute uit 1957 vergaat de wereld ook. Hier door een kernoorlog, maar Australië heeft hier ook nog enige tijd over voordat zij ook zullen sterven. Mocht je dieper op de materie in willen gaan. Je kunt ook gewoon googelen op termen als maya-kalender, doomsday prepper, 21 december etc.

Oh, en check het nieuwe uiterlijk van de blog. Blits, onie?! Met deze zogenaamde dynamische model kun je hoop ik wat overzichtelijk door mijn verhalen bladeren. Links staan de verschillende verhalen die die je tevoorschijn haalt door erop te klikken.
Rechts komt een menu'tje tevoorschijn als je er met de muis eroverheen gaat. Dan kun je onder andere kijken hoe de site wordt bezocht, naar het archief en je abonneren op de blog, zodat je een mailtje krijgt iedere keer als er iets nieuws verschijnt.
Linksboven tenslotte kun je nog schakelen tussen verschillende weergaven  Classic geeft alles ouderwets (nogal wiedes) onder elkaar, Flipboard geeft allemaal geinige tegels waarachter de blogs verstopt zitten, Magazine, Mosaic, Snapshot en Timeslide geven verhalen allemaal in een ander patroon weer. De standaardweergave is Sidebar, omdat deze volgens mij het meest overzichtelijk is.

Mocht het allemaal te moeilijk zijn, of heb je wat anders: klaag! Alstublieft, laat het weten als je wat te melden hebt over wat er in de blog staat of iets anders wat er mee te maken heeft. Helemaal onderaan iedere blog kun je je comment geven, zoals klagen hier heet.

zondag 16 december 2012

Muziek: John Prine - Hello in There

Als hij buiten was had hij een alpino-pet op. Hij liet 's ochtends de hond buiten, de lijn van het beest aan een lang stuk ijzerdraad tussen twee bomen. De hond kon dan heen en weer lopen, in het hok gaan liggen en blaffen als er mensen langs kwamen. Dat waren er nooit veel. Verder veegde mijn oude buurman zijn erf, onderhield hij de tuin samen met zijn zwager. Als het ze het gras maaiden dan wisselden ze om de beurt de duwmaaier en de kruiwagen af. Ze namen er de tijd voor, de één zat dan in de kruiwagen (het wiel omhoog, de handvaten steunend in het gras) terwijl de ander leunde op de maaier. Onze hond, wiens bewegingen niet werden beperkt door een lijn of draad, blafte tegen hem als hij z'n erf veegde. Dan veegde hij extra hard stof en zand richting de hond. De hond blafte dan nog harder, kwispelend en springen.

Ook zat hij veel in de keuken, de krant te lezen. Dat kon je zien door het keukenraam, dat je kon zien vanuit ons eigen keukenraam. Hij woonde in een aardig nieuw huis bij de oude boerderij, samen met zijn zus. Samen waren ze daar altijd geweest, ongetrouwd en op elkaar aangewezen. Hij was vrachtwagenchauffeur geweest, zij dienstknecht op een andere boerderij. Als we daar kwamen, om kinderpostzegels te verkopen, op een verjaardag of zomaar omdat wat te drinken, werd ons door de zus frisdrank en koekjes toegeschoven. "Wi-j broekt het toch nig." Ze keken ook veel voetbal, hij was geabonneerd op de betaalzender. Wij niet. Soms mocht ik er 's avonds naar toe om een wedstrijd te zien. Ik zag de bekerfinale van '97 tussen Roda en Heerenveen (Sibon, Korneev, Van de Luer en Regilio Vrede deden mee, Roda won met 4-2). Als hij de krant las, of het journaal zag, of de reclame folders doorbladerde, wist hij vaak nog een moment te vinden voor zijn uitdrukking die me het meest is bijgebleven: "Het geet moar um één ding: hoe komt oene dubbeltjes in miene knippe." (Vooruit de vertaling, al verliezen uitdrukkingen altijd iets van hun zeggingskracht als ze worden vertaald uit de oorspronkelijke taal: "Het gaat maar om één ding: hoe komen jouw dubbeltjes in mijn portemonnee.")

Hij is allang dood nu. Zij heeft daarna nog even alleen gewoond, terwijl een neef introk in een aangebouwd gedeelte. Daarna moest ze naar een verpleeghuis, en ze overleed paar jaar geleden ook. De neef verhuurt nu het gedeelte waar zijn oom en tante woonden. Soms komen buurkinderen nu bij ons langs, op skelters en fietsen. Om kinderpostzegels te verkopen, om te helpen op de boerderij, om op de pony's te rijden of zomaar. Ze drinken ook frisdrank en eten ook koekjes. Ging ik vroeger naar onze buren, dan dacht ik er nooit over na, wat zij ervan vonden. Ik bedacht me niet dat het leuk voor ze kon zijn om een paar buurkinderen aan tafel te hebben zitten babbelen zolang je ze maar koekjes en frisdrank voerde. Ik woon niet alleen met m'n zus, en zit ook niet heel de dag gepensioneerd thuis. Maar ik snap al wel, het is fijn als de buurkinderen er zijn.

"You know that old trees just grow stronger
and old rivers grow wilder every day
old people just grow lonesome
waiting for someone to say: "Hello in there, hello""



PS. Het was alweer een hele tijd geleden dat ik een blog plaatste. Ergens ben ik onbewust gestopt met het verzinnen van stukjes tekst. Dat deed ik anders als ik in de trein zat, of op de fiets zat, of aan het werk was, of niet slapen kon. Doordat ik dat niet meer deed, was er dus ook niet de behoefte om dat verder uit te werken als ik achter de laptop plaats nam. Zo uit het niets een tekst verzinnen is minder leuk, het kost ook tijd. Dus ik kan niet beloven dat er nu ineens weer iedere week een stukje bijkomt. We zullen zien.

Op YouTube staat een samenvatting van de bekerfinale van '97, plus een verzameling van nabeschouwingen en interviews en reportages. De betekenis van een bekeroverwinning was toen al tanende, omdat de Europa Cup II werd afgeschaft, en door de invoering van de Champions League werd tweede worden al belangrijker dan de beker winnen. De beker is nu een troostprijs voor de topclubs, een aardigheidje voor subtoppers en alleen nog een doorslaand succes voor de middenmoters en de rest. En dat is jammer, want waar de competitie soms al meerdere wedstrijden voor het einde beslist kan worden met een laatste gelijkspel, uit ergens honderden kilometers verderop, wordt een beker beslist in een finale in één van de grootste stadion van het land, dat vol zit. De twee overgebleven kandidaten voor de titel strijden in die wedstrijd voor de prijs die alleen bemachtigt kan worden door deze wedstrijd te winnen. Dit weten we natuurlijk allemaal al van de Champions League-finale, die alles brengt: geld, faam, CL-kwalificatie (=nog meer geld), de wetenschap de allerbeste te zijn. Het zou mooi zijn als het nationale bekertoernooi een beetje van die glorie terug zou krijgen, dat de bekeroverwinning in ieder geval direct na het kampioenschap en Europees succes komt, en niet achter de tweede plaats in de competitie (of de derde en zelfs de vierde in sommige andere landen). Dit kan eigenlijk vrij eenvoudig: laat de bekeroverwinning recht geven op een CL-ticket, en geen topclub kan het zich meer veroorloven om de beker 'te laten schieten'.

(Excuses aan de niet-voetballiefhebbers voor dit relaas)

vrijdag 28 september 2012

Muziek: San Cisco - Awkward

Ik heb er ooit eens een rat ontleed. In Haren, in het Biologisch Centrum. Maar vorige week kwamen er geen mensen om ratten te ontleden. Tenminste, de meesten niet. Ze kwamen voor een feest. Ze hadden zichzelf uitgenodigd. Of, ze waren per ongeluk uitgenodigd. Hoe dan ook, met trein, auto of misschien ook per fiets kwamen er duizenden jongeren naar de plaats onder de rook van Groningen. Om te zien hoe het misging. Want daarom waren ze natuurlijk echt gekomen: iedereen kon nagaan dat, zelfs al had iedereen oprecht de bedoeling om dat jarige meisje de hand te schudden, dat er van een mooi feest geen sprake zou zijn. Waarschijnlijk heeft slechts een kleine groep de echte schade aangericht. Maar het grote punt is dit: blijkbaar zijn er duizenden jongeren die op vrijdagavond niets beters kunnen verzinnen dan naar een plaats als Haren te gaan, gewoon om te zien wat er gebeurd als er duizenden jongeren besluiten om naar een plaats als Haren te gaan (om zien wat er gebeurd... Je snapt het nu wel, denk ik). Maar waar je vooral veel over las, is rol die Facebook hierin speelde. (Net als Marilyn Manson en Columbine schietpartij, zoiets.)

Ondertussen hadden wij andere moeilijkheden, ook met Facebook. Wij zaten in de kroeg (ook geen hele creatieve bestemming voor de vrijdagavond, bovendien niet heel veel goedkoper dan een retourtje Haren en een sixpack Aldi-bier. Maar goed, er was een dag later ook geen burgerinitiatief nodig om de boel op te ruimen).  Facebook is ons dorp als een tweedelig pak: de meesten hebben het, maar het grootste deel maakt er zelden of nooit gebruik van. Maar nu ook in ons dorp het bezit van een slimme telefoon gebruikelijker wordt, neemt ook het gebruik van Facebook mondjesmaat toe. Maar wel passief, om te zien wat de enkelingen die wel actief gebruiker zijn er allemaal opzetten. En om te zien of de nieuwe aanwinst of scharrel van Dinges nog een beetje appetijtelijk voor het oog is.

Terugkomend op de moeilijkheden. Terwijl in Haren de winkels ongewild geopend werden met hulp van straatstenen en stoeptegels, braken wij onze hoofden over een groots dilemma. Er was een foto op facebook waarop één ding echt opviel, maar nu was het de sport om alle opvallendheden te noemen behalve dit ene voor de hand liggende punt. Het lijkt wat flauw, maar het was toch al gauw goed om de avond een half uur dichter bij het einde te brengen. Als het bij moeilijkheden als deze blijft, heb je bovendien niet veel te klagen. We hebben dan nog maar weinig gehoord over de onlusten in het hoge Noorden. Een voor een betaalden we, en gingen we naar huis. Het bleef nog lang rustig in het dorp.

"I've got your message last night
You haven't got mine
'cause You've been calling me for days"

PS. En toen was ik er weer. De zomertijd is geen geschikte tijd om te bloggen, zo blijkt. Toen de zomer voorbij was (en hij is voorbij, kijk uit het raam), was het het moeilijk de draad weer op te pakken. Misschien dat dit het begin van een reeks die de opgelopen schade weer inhaalt, maar ik zou er niet op rekenen. De momenten dat vrije tijd, de laptop en de ideeën voor een blog samenkomen worden gewoon spaarzamer. KWW, kiek'n wa't wordt.

Nu over het liedje, dat geenszins gaat over relschoppende jongeren. Daar waren ook wel liedjes over te vinden, maar vaak hebben de relschoppers in liedjes een zekere reden voor hun wanorde. Dus dat is misschien iets te veel eer voor het Haren-tuig.

Dit liedje heeft de opbouw van fijn popliedje: gitaarmelodietje, drums erbij, zang en bas er samen bij, meisjeszang en beetje meer drums ertegenin, jongen weer (nu met tamboerijn erbij), weer meisje, en dan een refrein dat iedereen, ongeacht z'n taalvaardigheden kan mee tadadada'en. Tweede couplet wat elektrische geluidjes erbij. Dan een refreintje, dit keer met dodododo's. Dan een tussenstukje, waar de elektrische geluidjes op hol slaan. Kort coupletje nog, en dan nog een laatste keer het refreintje à la tadadada. Vind ik leuk.

De tekst gaat over jongen-wil-meisje-meisje-denkt-daar-anders-over-maar-de-boodschap-komt-niet-over. In de clip worden de boodschappen verzonden met 'old-school' Nokia's 3310 (ken je ze nog?) maar me dunkt dat dergelijke misverstanden ook via Facebook kunnen ontstaan. Om met Hans Teeuwen te spreken: "Voilà: Het Verband!" (Uit de show "Dat dan weer wel", over het verband tussen het uitspreken van een unieke zin en fistfucken). LINK

Dames en heren, ik groet u.

dinsdag 31 juli 2012

Muziek: Jovink - Bandjes motten rocken, centjes motten rollen

Ik dacht dat ik niet zou gaan. Het overgrote deel van het uitgaanspubliek van ons dorp was op zaterdag al richting Lichtenvoorde getrokken, toen ik in Hengelo de vijfentwintigste verjaardag van een vriend vierde. Maar ik vond nog een enkeling die wel op zondag naar de Zwarte Cross wilde, dus gaan kon ik. De taxibus deed na ons dorp nog twee dorpen meer aan.

zondag 29 juli 2012

Muziek: The Move - I Can Hear the Grass Grow

Eerder heb ik vertelt dat we met een groepje naar Amsterdam gingen om John Fogerty te zien spelen. De oud-Creedence Clearwater Revivalzanger was in vorm, zong vooral CCR nummers. Het geluid in de spiksplinternieuwe muziekhal stond hard, hard, hard! Maar aangezien de muziek mooi, mooi, mooi was, was het geen teistering voor de oren. Na het concert gingen we per trein terug naar Amsterdam, waar we bier dronken. Veel bier. Daarna begaven we ons druppelsgewijs terug naar ons hotel. We sliepen, we dronken koffie, we reden, we aten, we reden verder en ergens in de middag waren we thuis. Daar vroegen ze: "Hoe was't?" - "Oh, slecht'n maïs doar in 't westen!"

Want over maïs kun je het altijd hebben. Als er een intergratiecursus voor ons dorp ontwikkeld zou worden, zou naast kennis over tractoren, geheime zenders en bier ook maïs tot het vakkenpakket behoren. Kunnen zeggen wie er vroeg was met maïs zaaien (al zeggen ze 'mais poten'), en wie laat. Kunnen beoordelen of het weer goed of slecht is voor de maïs. Kunnen vertellen wie er goeie maïs heeft staan, en wie z'n maïs het niet zo best doet. En uiteindelijk weten wie de maïs er al af heeft, en wie er nog moet hakselen. Maar van een intergratiecursus zal het ongetwijfeld nooit komen.

Als kinderen renden we door de rijen maïs, die ons volledig opslokten. We plukten kolven, kleine sappige in de zomer, grotere harde en droge in het najaar, vlak voor het hakselen. Het hakselen was een sensatie op zichzelf: ik denk de leraren op de basisschool al genoeg wisten als ze in het najaar 's ochtends telefoontjes kregen van ouders die zeiden dat hun zoon 'vandaag niet zo lekker in orde was'. Hakselziek, dat waren ze. De machtige hakselaar vrat zich een weg door de maïs. De stroom gehakselde maïs die van de hakselaar in de wagens achter de trekkers werd gespoten. Die trekkers die deze vracht van het land naar de maïskuil (die geen kuil is maar een bult) bracht. De trekker met 'dubbel lucht' en een schuif die de maïs in de kuil verdeelde en plat reed. Het pauzeren naast de maïskuil, met gehaktballen op brood en koffie. Het uitvouwen van het plastic zeil over de geöogste, platgereden maïs. Die kraan die het zeil bedekte met zand. Het was iets om naar uit te kijken. Het was iets om voor thuis te blijven.

Nu heeft het hakselen iets van zijn glorie verloren, in de loop der jaren. Als je het vaak genoeg ziet, dat wordt het meer een routine dan een ritueel. Het gaat ook sneller nu, met grotere hakselaars, grotere wagens en drukkere loonwerkers. Maar nog steeds vergapen kleine jongens zich aan de grote machines, en willen ze bij in de cabine, om alles nog beter te kunnen zien, en te kijken naar alle hendels en knopjes. Maar ook grote jongetjes zijn er nog voor te porren. Er zijn hakselspotters, die met camera op pad gaat het hele oogstproces vast te leggen. En er wordt altijd over maïs gepraat. Over hoe het slechter is in het westen. Hoe het wordt gebruikt voor het opwekken van groene energie. Hoe het groeit. Laatst ving ik het nog op, ergens achter mij aan de bar: "Het geet noe hard met 'n maïs. Ik kan het zeen greui'n. Ik kan het heur'n greui'n!"

"I can hear the grass grow
I can hear the grass grow
I see rainbows in the evening"



PS. Dit lied van deze Engelse sixties-band gaat niet over maïs, of over hakselen. Het gaat over een lsd-trip.

donderdag 12 juli 2012

Muziek: Creedence Clearwater Revival - Green River

Het is een cliché dat vaders en zoons elkaars favoriete muziek niet aan kunnen horen. In onze familie is dat slechts deels waar. Zeker: mijn vaders oren gaan (figuurlijk) bloeden van Rammstein, Metallica en Voicst. In de omgekeerde richting kunnen Corry Konings, Wolfgang Petry en TROS' muziekfeest op het plein mij slechts matig bekoren. Maar dan zijn er de overeenkomsten, die door een oneerlijke voorsprong van meer dan drie decennia vooralvan vader op zoon werden doorgegeven. Normaal, The Police, Boh Foi Toch en vele anderen, ik ontdekte ze doormidden van LP's, cassettebandjes en CD's die allemaal door mijn vader in huis waren gehaald. En er was een bandje met de muziek van Creedence Clearwater Revival.

Die begon met "Suzie Q" (Baby, I love you, Suzie Q). Dit nummer kon mijn ongetrainde oren de allereerste keer nog niet bekoren. Verder op het bandje, daar werd het spannender, want daar stond "Fortunate Son". Het nummer was snel, simpel en kwaad. Heerlijk. In de platenkist die ik van mijn buurvrouw mocht lenen zaten nog een paar LP's van Creedence Clearwater Revival. Creedence Clearwater Revival, de onbegrijpelijkheid van de naam was al mooi. Daarna kwam er een CD verzamelbox. En toen ook ons huis werd aangesloten op internet dat niet per minuut betaald diende te worden, stroomde de rest van het repertoire van de band mijn kamer binnen.

Inmiddels vind ik "Suzie Q" ook mooi. Het is een cover overigens, van een zanger met de naam Dale Hawkins. Maar dat boeit niet. Het nummer heeft een heerlijke loomheid over zich, met dat gitaarriedeltje en de boterverliefde tekst, totdat er weer een gitaarsolo doorheen wordt geknald. Het liedje was cool genoeg om veel veel later nog op te duiken in een Grolsch-reclame. Maar er is meer. "I Put a Spell on You", onheilspellend met de raspende, ruwe, harde stem van John Fogerty, en meer van dat machtige gitaarwerk. Er is het prachtige "Have You Ever Seen the Rain?" (er is een tijd geweest dat ik het nummer over en over draaide om dat orgeltje erbij te horen komen in het tweede couplet). Ik denk eigenlijk dat deze blog te lang wordt als ik over ieder nummer ga vertellen wat ik er zo mooi aan vind. Nog eentje om het af te maken: "It Came out of the Sky", waar de tekst (over de ophef die ontstaat over een meteoriet die inslaat naast de trekker van een jongen genaamd Jody) wordt afgewisseld met korte pittige gitaaruitbarstingen.

CCR, zoals de bandnaam wordt afgekort, bestond maar een paar jaar, en scoorde veel hits een korte tijd rondom 1970. De band stortte in elkaar zoals dat met veel grote bands gebeurd. John Fogerty, de man met de gitaar en de stem en de ideeën en teksten, ging solo verder. Hij maakt sindsdien een paar zeer fraaie platen, absoluut het luisteren waard ("Almost Saturday Night", "Rock 'n Roll Girls", "Rockin' All Over the World", "Hot Rod Heart"). Maar iemand die hem tegenwoordig live gaat zien, zal vooral uitkijken naar de CCR-platen die hij speelt. En ik ben zo iemand. Morgenavond gaan we hem zien in Amsterdam. We gaan met onze groep de gemiddelde leeftijd in die nieuwe concerthal wel een eind naar beneden halen, denk ik. "And I like it, I like it, I like it, I like it, I lalala like, here we go, ho, rocking all over the world".

"Let me remember things I love"



PS. Niks geen PS. Geniet!

dinsdag 10 juli 2012

Muziek: Julian Casablancas - 11th Dimension

Voetbal is maar een spelletje. Voetbal is niet lopen. Voetbal is als het leven zelve: pure kunst met maar bitter weinig kunstenaars. Voetbal is een spel van fouten (wie de minste fouten maakt wint). Voetbal is een simpel spel: 22 mannen rennen achter een bal aan en aan het einde winnen de Duitsers. Voetbal is een sportieve vorm van groepssex. Voetballen is trappen tegen de volmaaktheid (daarom zo populair). Voetballen is simpel (maar het moeilijkste wat er is, is simpel voetballen). Voetbal is emotie. Voetbal is oorlog.

Ja, voetbal is me wat, en zie hierboven een aantal uitspraken die dat beamen. Voetbal is mijn grootste hobby, in ieder geval: de optelsom van voetbal spelen, kijken, erover lezen en erover praten overstijgt welke andere vrijetijdsbesteding dan ook. Vooral erover praten kan je welhaast eindeloos doen. In het café en in de kantine, op het werk, thuis aan tafel. En daar mag ik dan soms ook graag aan meedoen. Op internet wordt het ook veel gedaan: er zijn forums, en zijn talloze voetbalnieuwssites waar je dan weer kunt reageren op dat voetbalnieuws. Internet werkt ontremmend: er zijn mensen die onder de anonimiteit van een bijnaam als Tukkerfan34 of AjaxHooligan54 de meest beledigende, domme en ongefundeerde dingen typen. Met typfouten en al. Dus daar meng ik me niet in.

Maar vorige week vond ik op internet een bijdrage van een Arsenal-fan die allerminst anoniem was. Hij was boos op Robin van Persie, en dat liet hij weten door de camera. Eerst zit hij nog in relatieve kalmte hoofdschuddend zijn verontwaardiging te uiten ("I'm not happy"). Hij loopt het interview door waarin Van Persie aangeeft dat hij zijn contract niet zal verlengen omdat hij niet verwacht met Arsenal prijzen te kunnen winnen. Maar na een minuut al vlamt zijn woede op. Hij probeert Robin te overtuigen van zijn ongelijk, schreeuwend in de camera. Daarbij heeft hij zeer opmerkelijke argumenten ("Podolski is a good player, mate! We've signed Podolski. He can score goals, huh? He's German, he knows what to do"). Uiteindelijk groeit zijn woede uit tot waanzinnige razernij. Het leidt tot een opmerkelijk climax: hij verkoopt Van Persie op zijn computerspel. En nog eens. "Bang, bang, bang! You're gone, mate!"

"Where cities come together, to hate eachother in the name of sport"



PS. Klik hier om de woedende fan aan het werk te zien.
O, ja. Julian Casablancas is tevens de zanger van de Strokes.

zondag 1 juli 2012

Muziek: The Tallest Man On Earth - King of Spain

"Als ik hem was..." Dat hoor je best vaak. Het wordt vaak gezegd, en te makkelijk. Ga in een vol café voetbal kijken, en je hoort niet anders. Mensen met het bier nog in de hand, ze zijn in anderhalf uur tijd trainer, spits, nummer 10, voorstopper en doelman. En ze zouden het allemaal beter hebben gedaan dan de mensen die ze daar op het scherm zich in het zweet hebben zien werken. Als ze hen maar waren geweest, en als ze de balbeheersing, de traptechniek, de reflexen, de snelheid, de conditie en het overzicht er ook even bij hadden gekregen.

Dat mensen graag, in ieder geval voor even, in de huid van een ander kruipen is al langer bekend. Voor de voetballiefhebbers zijn er daarom computerspelletjes zoals FIFA en Football Manager, waar je precies krijgt waar ik het net over had. Je moet alleen nog op een paar toetsen te drukken om te doen wat je had gedaan als je hem was geweest. Ik vraag me af hoeveel mensen met FIFA de WK-finale tussen Nederland en Spanje hebben nagespeeld. Om te bevestigen wat ze al dachten toen ze de wedstrijd op televisie zagen: als zij Robben waren geweest, hadden ze niet gefaald, oog in oog met Casillas. Op de computer drukten ze op een paar knoppen, en met een wippertje verschalkt de digitale Robben de digitale Spaanse doelman. Zie je wel, zo moeilijk was het niet, Arjen.

En de markt gaat veel verder dan voetbal. Je kunt alles zijn met je computer, van dwerg tot gitaargod, van gangster tot een loodgieter die een prinses redt de klauwen van een misdadige schildpad. En iedereen, of bijna iedereen weet dat het nep is, en dat de realiteit terugkeert als je de computer uitzet. De kunst is om iemand te zijn waarvan ze zeggen, 'als ik hem was'. Of nee, dat is het ook niet. De kunst is om steeds meer te worden wat je het liefst wilt zijn.

"Well, if you can reinvent my name,
Well, if you can redirect my day,
I wanna be the king of Spain"



PS. Een snelle zoektocht op YouTube leert dat er inderdaad mensen zijn die de WK finale overgespeeld hebben. Ik heb het filmpje niet helemaal afgekeken, maar het wordt 2-0 voor Nederland. Zie maar dat het kan.

zaterdag 16 juni 2012

Muziek: The Walkmen - Heaven

Het is alweer een aantal weken geleden, maar het is wel degelijk kermis geweest in ons dorp. Maar het was niet heugenswaardig. Begrijp me niet verkeerd. Ik heb me uitstekend vermaakt; van het begin op donderdagmiddag, waarin ik ouderwets oranje bierbladen verzamelde als mijn bijdrage aan de het goede verloop van de feesten; tot aan de laatste uitputtende avond op zondag, die een beroerd maandagochtendgevoel tot gevolg had dat vierentwintig uur stand hield. Pas dinsdag mocht er gesproken worden van herstel naar enige stabiliteit.

Maar later, als ik oud en grijs ben, zul je van mij waarschijnlijk geen verhalen horen over de legendarische zomerfeesten van 2012. Normaal, de legendarische maar ook oude band uit de Achterhoek, kwam op zondag optreden, en dat was bijzonder. Maar dat was dan ook wel het enige wat deze editie onderscheidde van de vorige, en misschien ook de volgende. Het voelde geroutineerd: volgens een vast patroon dat ik de loop der jaren ongemerkt heb opgebouwd doorliep ik de vier dagen van de feesten, en deed op die dagen wat de jaren ervoor ook al ongeveer had gedaan. En niet zonder reden: ik deed het omdat het de jaren ervoor ook goed beviel.

Maar nu, een paar weken later, moet ik toch toegeven dat die routineuze gang van zaken me enigszins tegenstaat. Ik werd in de aanloop naar de feesten nog wel blij van het aanzicht van het in aanbouw zijnde feestterrein. Maar niet als vroeger op de basisschool, toen we in de aanloop van de kermis met een omweg van school naar huis fietsten om te zien of er nog nieuwe attracties waren dat jaar. Ik was dit jaar nog wel veel in de tent te vinden, en heb een boel mensen gesproken. Maar ik maakte er geen punt van om als een van de laatsten de tent te verlaten en tegenover iedere bezoeker die ik maar kende de geweldigheid van dit feest te verkondigen. Wat ik wel deed in de eerste jaren dat mijn ouders het toestonden dat ik bij het fluiten van de vroege vogels pas thuiskwam.

Maar het geeft geen kick meer om te drammen met mensen van de beveiliging om nog even in de tent te mogen blijven staan, ook al is de muziek uit, de tap dicht, het licht aan en zijn vrijwilligers al druk doende de lege verkreukelde bekers aan een hoop de schuiven. Ik ben blijkbaar beland bij een volgende fase van zomerfeestenbeleving, en volgens mij moet ik nog leren om dat net zo te waarderen als het spotten van de nieuwe botsauto's zo'n vijftien jaar geleden. Ik stond vooraan op vrijdag toen een grijze Peter Koelewijn zong: "Je wordt ouder, papa." Ik ben geen papa, maar Peter heeft gelijk, ik word ouder. Podver.


"Our children will always hear
romantic tales of distant years
our gilded age may come and go
our crooked dreams will always glow

Stick with me, oh, you're my best friend
all of my life, you've always been"



PS. Excuses! Het is al meer dan een maand geleden dat ik een bericht plaatste. Niet dat ik het idee heb dat een mens slechter af zou zijn zonder een wekelijkse Han Kaas, maar ik had met mezelf afgesproken dat ritme toch een beetje vast te houden. Ik beloof beterschap.

Wat belangrijker is, het onderwerp van deze blog leent zich voor het gebruik van het titelnummer. En die is mooi, oh zo mooi. Volgens mij is de boodschap van de tekst iets als "blijf bij me, vriend, want we gaan gelukkig worden samen". Maar ik vond het al mooi voordat ik de tekst werkelijk bestudeerd had.

dinsdag 8 mei 2012

Muziek: Kurt Vile - Jesus Fever

Dit is wat Kurt Vile (uit Philadelphia, dan weet je het wel) zingt: "Ik zou een koffer met mezelf inpakken, maar ik ben al weg". Soms slaan teksten, kaal bekeken, nergens op. Om Herman Finkers er maar weer eens bij te slepen, je kunt er in eerste instantie geen chocola van maken. Niemand kent Kurt Vile, maar dat maakt niet uit. Adele, en iedereen kent Adele, zingt zeer succesvol over hoe ze de regen in brand heeft gestoken. En dan heb je nog Bløf. Die zijn Nederlands kampioen in zweverige teksten: "Er zijn vliegtuigstoelen, miljoenen bijbedoelingen en bovendien zijn er limousines, en leugens over sterren die we toch nooit zien". Het zal vast iets betekenen, maar wat?

Dat is natuurlijk een beetje het idee achter cryptische teksten, je moet er over nadenken, puzzelen en je fantasie erop los laten. Bløf had ook over de "Holiday in Spain" kunnen zingen: "Het was er prachtig met mooi weer, volgend jaar nog een keer". Maar dan was nog wel een keer klaar geweest met puzzelen, of niet? Er zijn websites waar hele discussies gaande zijn over betekenis van teksten. Soms wordt er van alles bijgehaald: God, homoseksualiteit, complottheorieën, drugs, seks, verslaving, zelfmoord, politiek, filosofie en Griekse mythologie. Maar veruit de meeste reacties zijn zoals de enige reactie die werd geplaatst bij de tekst van "Jesus Fever": "Thx Bro for the great lyric. Greetings".

In het geval van Kurt Vile vermoed ik dat hij het heeft over doodgaan. Zijn motto: ik kan me wel druk maken over wat er gebeurt wanneer ik dood ga, maar dan ben ik er toch niet meer. Daar kun je over discussiëren, maar dat ga ik nu niet doen. Ik heb dit nummer al tientallen keren beluisterd zonder eigenlijk verder na te denken over de betekenis. Het is een prachtig nummer. De gitaarmelodie is dromerig mooi. De monotone stem van Vile past er goed bij en hij sluit het nummer af met een fijne solo. Dat het nummer dan "Jezuskoorts" heet... Vooruit dan maar.

"If it wasn't taped, you could escape this song,
but I'm already gone"



PS. Een website waar veel songteksten worden bediscussieerd is songmeanings.net.

vrijdag 4 mei 2012

Muziek: Death Cab For Cutie - I Will Possess Your Heart

"Every breath you take
And every move you make
Every bond you break, every step you take
I'll be watching you"


En dan zijn er mensen die dit lied nog interpreteren als een liefdesliedje. "Every Breath You Take" van The Police, geschreven door Sting, gaat over stalken. Elke ademhaling, elke beweging van het lijdend voorwerp (het meisje) maakt, de ik-figuur (Sting) kijkt toe. Hij heeft haar gehad, maar is haar nu kwijt. Maar hij blijft haar volgen, en slaat gade hoe ze hem (in zijn ogen) blijft bedriegen ("bond you break", "smile you fake", "vow you break"). Je zou kunnen beamen dat stalken ook een vorm van liefhebben is, maar als je de tekst kent en begrijpt zul je deze niet snel op je trouwdag draaien.


Ik heb geen stalker. Denk ik. Als ik er wel een heb, dan is ze (hij?) wel heel goed. CIA-spion goed, Witte Veder-goed. Maar ben je een goede stalker als je het doet zonder de gestalkte het merkt? (volgens m'n spellingscontrole is gestalkte geen woord, maar ik ken geen beter wel goedgekeurd woord hiervoor.)  Volgens Van Dale is stalken "hinderlijk volgen, voortdurend lastigvallen". Misschien is ze toch niet zo goed dan. Mijn beste stalker, als je dit leest, je doet het verkeerd: ik moet er last van hebben. Of let ik niet genoeg op? Laat jij de muggen in mijn kamer, joeg jij onze koeien afgelopen maandag door de draad, waardoor we ze moesten terugdrijven over de grond van drie buurmannen? Als dat zo is, neem ik terug wat ik net zei, dan ben je steengoed. Wat onorthodox, maar wel heel goed dus, en origineel.


Maar de kans dat een exceptioneel goed verstopte dame mij het leven moeilijk maakt is niet erg groot. Gestalkt worden moet je verdienen. Je moet beroemd zijn, of in elk geval erg mooi en bij voorkeur vrouwelijk, of je moet iemands leven tot een hel maken zodat hij zint op wraak. Ik bezit, bij mijn weten, geen van deze kenmerken. Er is ook nog cyberstalking. Ook hier heb ik nog niks van gemerkt, maar als ik een cyberstalker heb, dat leest ze dit vast. Dus, lieve, lieve stalker, stop met het mailen van viagra-aanbiedingen, ze komen toch in de map "ongewenst". En ben je me echt aan het volgen, zwaai eens een keer.

"You reject my advance and desperate pleas,
I won't let you let me down so easily"





PS. Voor een ernstiger en realistischer beeld over stalken en cyberstalking, verwijs ik je door naar wikipedia. En Witte Veder is de Indiaanse vriend van Arendsoog. Als je nu nog niet weet waar ik het over heb, dan kan google misschien uitkomst bieden.

zondag 29 april 2012

Muziek: Metallica - So What

Hoor de wind waait door de bomen... Het is eind april, st. Nicolaas zit in Spanje en ik zit thuis, maar waaien doet het. Los daarvan, het is kwart voor twee op moment van typen, en een zichzelf serieus nemend voetballer zou zo ongeveer zeven uur voor aanvang van zijn wedstrijd moeten slapen. Maar dat ben ik niet. Dat zijn wij niet.

Ik zag vanavond onze doelman vertrekken met een bus naar Karpaten. Voor de leken: dat is een verzameling feesttenten in een weiland vlak over de grens. In die tenten passen een paar duizend man, Duitsers en Nederlanders, die daar drinken, feesten, dansen en meedoen aan alles wat daar uit voortkomt. Dat alles ieder weekend vanaf Pasen tot Hemelvaart. Terugkomend op onze doelman, hij zal waarschijnlijk vanaf zijn aankomst om elf uur 's avonds tot zijn vertrek om half vier uur de volgende ochtend niet veel anders doen dan bier drinken en zich vergapen aan knappe Duitse meisjes, die zich om een of andere reden zich altijd iets exotischer (dus naakter) kleden dan hun Nederlandse soortgenoten. Naar alle waarschijnlijkheid zal hij in de bus naar huis in slaap vallen, toch thuis komen, enkele uren slapen en zich dan, met of zonder aandringen, zich naar de kleedkamer bij het voetbalveld begeven.

Dan de rest van het team. Daarvan zat een man of vijf, samen met mij en onze grensrechter, in het dorpscafé. Elkaar te waarschuwen dat ze morgen fit moesten zijn. Zo'n discussie heeft wonderbaarlijk genoeg een tegendraads effect, waardoor de avond zich met gemak rekt tot het punt waar we nu zijn aangekomen. Onze tegenstander, een verzameling veertigers die hun Karpaten/café-dagen allang achter zich hebben gelaten, lust ons morgen rauw. Misschien. Onze aanvoerder, een der cafégangers, is ervan overtuigd dat het een tegenstander is die ons ligt. Na het deponeren van deze stelling bestelde hij zijn derde laatste biertje.

Mocht ik nu pessimistisch, sarcastisch of een andere vorm van negatief overkomen, dan begrijpt u mij verkeerd. De prestatie van deze tak van voetbal is niet enkel de prestatie, maar vooral de prestatie ondanks het bier, het gebrek aan kwaliteit, conditie en flexibele ledematen. "It's all in the game" luidt te credo van sportcomputerspelletjes-ontwikkelaar EA-Sports. Ook al bedoelden zij er heel wat anders mee dan ik nu doe, het treft. Morgen, na de wedstrijd, zit ons team weer bij elkaar. Elkaar uitleggend wat er mis ging, en verklarend dat het allemaal best meeviel, gezien de omstandigheden. Of, als het echt tegenzat, hoe het allemaal anders moet. Of misschien, als het goed gaat, zelfs verklarend dat we een uitstekende prestatie hebben neergezet. Daar moet dan op gedronken worden.

"Well, who cares, who cares what you do?"



PS. Mocht je dit ook wat lijken, schroom je niet om je aan te melden bij je lokale voetbalvereniging. Ik twijfel er niet aan dat bijna ieder club waar de benadering van de populairste sport op aarde overeenkomt met wat hierboven beschreven staat.

Wat betreft de muziekkeuze. De tekst is niet direct een kinderboek. Maar het was ook niet als dusdanig bedoeld. Het origineel is van een band genaamd The Misfits.

Bonus PS. Het is nu de middag na de wedstrijd, en we hebben gewonnen. De doelman versliep zich ben begon op de bank, zijn vervanger was nuchter en goed. De 4-1 overwinning is een feit.

donderdag 5 april 2012

Muziek: Boh Foi Toch - Bierman

Boh Foi Toch heb ik de laatste 10 jaar een keer of vijf zien optreden. Dat is mooi werk, Boh Foi Toch live. Rock, Texmex, Zydeco, en een heel allegaartje van muziekstijlen bij elkaar, en dan met fraaie teksten erbij, in het Achterhoeks. Tussen de nummers door geeft de zanger, Hans Keuper, hele conferences. Interessant, grappig en onverstaanbaar. Hij spreek het Achterhoeks van diep in de Achterhoek, wat voor een Twentenaar klinkt als plat met een Limburgs accent. Een volle, in bier gedrenkte tent vol uitgelaten kermisvolk helpt ook al niet bij het ontcijferen van de verhaaltjes van Keuper.

Maar in een van zijn stukjes introduceert hij het liedje Bierman, en wat ik er van heb kunnen begrijpen gaat het over een alcoholische landloper die de kost probeert te verdienen door langs de huizen te gaan als straatzanger. Ergens voor de tweede wereldoorlog, in een Gelders dorp, Dinxperlo, waar de verzuiling dan nog volop aanwezig is. De bierman had daar duidelijk lak aan, gezien het refrein: hij speelde psalmen voor het huis van de protestanten, en het Ave Maria voor de Rooms Katholieken en bij het morgenrood zong hij al voor de socialisten (want dat waren de drie zuilen: Katholieken, protestanten en socialisten). "Rooms, rood of de fienen, het was 'em geliek".

Veel dorpen in het Oosten waren voor de oorlog gespleten door de verzuiling, vooral tussen protestanten en katholieken, die ieders hun eigen school, kerk en voetbalvereniging hadden, en vaak ook een eigen dorpskern. Maar alle dorpelingen spraken schande van de straatzanger, en had zo'n medelijden met de kinderen, die soms mee moesten om te bedelen. Die waren getekend voor het leven, omdat iedereen in het kleine dorp de bierman kende. "Zee wollen wel anders, maar het was toch eur vader, en den hadden ze neet veur 't kiezen ehad."

Keuper besluit zijn nummer met een veroordeling van het dorp, niet van de man. Hoe lang is het geleden, vraagt hij zich af, en nog altijd speelt Bierman door Dinxerlo. Hoe kan dat, dat hij dit al die tijd heeft volgehouden in het kleine dorp, terwijl iedereen zijn levensstijl veroordeelde? Want alleen zij konden dit in stand houden, door te betalen voor zijn muziek. "meziek geet jao nooit op de vloch". Niemand heeft deze man goed begrepen, maar het oordeel hangt nog immer zwaar in lucht.


"Hee gong langs de huze, de heure vol luze
Hee was der zo een van dat rondtrekkersvolk
't Tuug kats versletten en gaar niks te etten
Veur de vrouwe en de kinder, gund achter de kolk

Zee mosten mangs met, mangs met langs de straote
En hollen de börgers eur hendjen veur
Soms kregen zee brood en wat keers wat centen
Maor meespat dan gaf 't der gaar niks veur eur

Hee spöllen psalmen veur 't huus van de fienen
En Avé Maria - Nomen est Omen - veur rooms-katholiek
't Morgenrood dagen al veur socialisten
Rooms, rood of de fienen, 't was em geliek

't Geld dat ging op an bier en an foezel
De börgers dee reerden van: Schande! Boh jao!
En iedereen had er zon spiet met dee blagen
Maor iedereen wees met den vinger eur nao

Zee wazzen eteikend,eteikend veur 't laeven
't Darp was zo klein en dan krieg i-j zo wat
Zee wollen wal anders, maor 't was toch eur vader
En den hadden ze neet veur 't kiezen ehad

Hoo lange is 't heer en nog altied spölt Bierman
Deur Dinxper, meziek geet jao nooit op de vloch
Gin mense hef ooit dizzen keerl good begreppen
Maor 't oordeel henk immer nog zwaor in de loch"











PS. Ik kan op youtube alleen een live-opname vinden van dit nummer.

zaterdag 17 maart 2012

Muziek: Less Than Jake - History of a Boring Town

Ik heb besloten wat minder muziek te luisteren onderweg naar school. Ik dacht dat het misschien socialer zou zijn. Maar ik had op dag 1 meteen prijs. Geen gesprek waar ik daadwerkelijk bij betrokken was, toch heb ik me er kostelijk mee vermaakt. Het is vrijdagmiddag, en achter mij, in het busje van station Goor naar Haaksbergen, zit een stelletje. Ik kan uit hun gesprek afleiden dat hij uit Haaksbergen komt en dat ze allebei in Eindhoven studeren. Hij neemt haar voor het eerst mee naar zijn ouders, zo heb ik het idee.

We komen over het Twentekanaal. "Kijk, dit is de Ijssel." zegt de jongen. Ik heb de neiging hem te corrigeren, maar besluit het niet te doen. Waar zou ik me ook mee bemoeien? "Het stinkt hier." zegt het meisje als we Goor uit zijn. De jongen gaat verder met zijn taak als gids. "Kijk, nog acht kilometer naar Haaksbergen." leest hij van een bord voor als we Hengevelde binnenrijden. "Van hier gaan ze allemaal naar de middelbare school in Haaksbergen." "Echt? Dat hele eind, kunnen ze niet dichterbij, Enschede of zo?" Vraagt het meisje met verbazing in haar stem. De jongen zegt dat dat volgens hem niet dichterbij is. Als we Hengevelde uitrijden komen we langs een landbouwmechanisatiebedrijf. "Kijk, zulke winkels zie je in Eindhoven nu nooit." Grinnikt de jongen.

"Jeetje, ik heb nu al een hekel aan dit busje." Klaagt het meisje als de stem uit de boxen van het busje de naam van de volgende halte opleest, 'transformatorhuis'. "Eigenlijk is Haaksbergen best groot genoeg voor een treinstation." Oppert de jongen verontschuldigend. We zijn het tranformatorhuisje nu voorbij, en de robot-vrouwenstem zegt: "De volgende halte is: Centrum." "Centrum van wat?" foetert het meisje, "The fokking middle of nowhere?" "Nee," lacht de jongen, "De Hoeve, Sint Isidorushoeve. Kijk, dat is al de derde tractorwinkel die we onderweg zijn tegengekomen."

Ik vind het bijna jammer dat ik er al bijna uit moeten. We rijden de Hoeve binnen, op de parkeerplaats van het café aan de rotonde staat de tent voor zondag al klaar. "Oh, ze hebben hier een fokking après-skifeest." merkt het meisje op met een toon die je normaal weleens hoort bij tv-programma's waar Nederlanders een week logeren bij een papoea-stam ("Kijk dan, die Papoea heeft gewoon een onderbroek aan!"). De bus stopt bij mijn halte, 'centrum'. Het inderdaad ongeveer midden in het dorp. Ik bedank de chauffeur, en hij wenst me een goed weekend. Ik zeg: "Ook zo" en loopt met een ingehouden lach naar m'n fiets. Ik heb vast wel een goed weekend. Ik ga naar een fokking après-skifeest.

"That same old crowd,
that drags me down.
Another day in a boring town.
That same old crowd,
that brings me down.
A boring life in a boring town."

Muziek: Daniël Lohues - De Wereld In Zunne

Ik ben goed te pas. Vandaag wel, gister wat minder. Misschien komt het door de zon, of door het lonkende weekend. Het is vrij zinloos om na te gaan waarom het goed gaat. Als er iets mis is, dan heeft het meer zin om na te gaan hoe dat zo heeft kunnen komen. Gistermorgen deed dezelfde stralende zon me nog zeer aan de ogen. Die pijn sijpelde als vanzelf m'n hersenpan in. Dat had te maken met de avond ervoor. Een avond vol biljart, discussies over voetbal en halve liters. Dat we weer eens wonnen met biljart is natuurlijk reden voor tevredenheid, maar van die halve liters ben de volgende dag geen beter mens. Daar hoef je geen Sherlock Holmes voor te zijn.

Sherlock Holmes, wat een keal. Ik ken 'm niet persoonlijk, de afgelopen winter zag ik de tweede film van Guy Ritchie met deze speurneus als onderwerp, en dat was mooi. M'n fascinatie was gewekt. Nadien zag ik tijdens lege winteravonden de BBC-serie Sherlock, met de 'consulterende detective' opererend in het hedendaagse Londen. Dr. House, je weet wel, de kreupele eigenwijze geniale dokter, is gebaseerd op Holmes. Voor leken: Sherlock lost misdrijven op door onnavolgbare redenatie, nadat hij eerst zeer nauwlettend het bewijsmateriaal heeft bekeken. House doet hetzelfde met onverklaarbare ziektes. Verder gebruikt hij cocaïne wanneer hij geen prikkelende zaak heeft om zich over te buigen, House gebruik een sterke pijnstiller, vicodin. Hij wordt vaak vergezeld door dr. Watson, die verbluft de avonturen waarneemt en opschrijft (iedereen die de serie House weleens heeft gezien, snapt nu dat dr. Wilson hierin de rol van dr. Watson heeft).

Maar Sherlock wil je misschien niet als vriend hebben. Dat hij bij een aanblik al kan zien waar je gisteren hebt gezeten en wat je hebt uitgespookt. The Hangover was een verrekt korte film geweest als Sherlock was mee geweest. Hij had binnen kwartier al geweten waar de baby en tijger vandaan kwamen en waar de aanstaande bruidegom was. Niet dat ik maandag graag op een lange speurtocht wil om de brokstukken van het op hol geslagen weekend te verzamelen. Ik wil maandag goed pas zijn, en kunnen vertellen dat dat komt doordat ik een goed weekend heb gehad. Ik wil me maandag voelen als House die net een patiënt het leven heeft gered. Ik wil me voelen als Sherlock, die net Watson haarfijn heeft uitgelegd hoe ik dit weekeinde tot een succes heb gemaakt.

"Dan lek ja alles goed,
dan lek ja alles mooi,
de wereld in de zunne"



PS. Bij gebrek aan een nummer vol passie over Sherlock Holmes heb ik gekozen voor het laatste fijne nummer van Daniël Lohues. Hoewel ik persoonlijk geen tot weinig ervaring heb met hetgene waarover Lohues zingt, vind ik het een fijne plaat. Ik zag de wereld in de zon, en het zag er mooi uit, voor in maart. Eerste lentekriebels, een après ski party, het beeld in de kop van de kalveren buiten doen, van feesttenten met mooie feesten erin. I can't hardly wait, om met The Replacements te spreken.

vrijdag 9 maart 2012

Muziek: Arctic Monkeys - Reckless Serenade

"God is dood"
-Nietzsche-
"Nietzche is dood"
-God-

"Don't waste your time
or time will waste you"

"tentamens zuigen!"

"Smile!
God loves you!"
-"At least someone does"
-"If there was a god"
-"He might have..."
-"Are you willing to take that guess?"

"Hard werk,
ik heb mijn familie harstig gemist"

"Regen in mei?
April voorbij"
-"Het is oktober, lul!"

"I love Reinier, helaas ontdekte ik dat te laat
hij heeft nu al een vriendin :("
-"Trio?"

"I love me"

"Ik haat school!"
-"Saxion is niet hier!"

"Smile, you are beautiful"

Dit en meer valt te lezen op de muur van een zelfstudieruimte in de bibliotheek van de UT. Ik heb de geschriften die niet te ontcijferen zijn of enkel en alleen schuttingtaal bevatten maar weggelaten. Er zijn ook tekeningen: een boompje, een bootje, hartjes, wolkjes, sterretjes, een vlinder, een olifant, een zonnetje, Pac-man en een paar pornografische afbeeldingen, waarvan er een niet eens slecht getekend is.

Ik kan niet achterblijven, al stort ik niet m'n hart uit. Ik klaag niet. Ik vloek niet. Ik kan niet tekenen. Ik begin niet over god. Ik vertel niet dat je mooi bent. Ik pak een potlood, en citeer Finkers (het is de universiteit van Twente, dan moet dat kunnen):
"Er is niets zo charmant
als een spreuk op de wand"

En ik kijk weer in mijn boek.

"Topless models doing semaphore
Wave their flags as she walks by and get ignored
Illuminations on a rainy day
When she walks, her footsteps sing a reckless serenade

I've been trying to figure out exactly what it is I need
Call up to listen to the voice of reason
And got the answering machine

The type of kisses where teeth collide
When she laughs, the heavens hum a stun-gun lullaby
Those twinkling vixens with the shining spiral eyes
Their hypnosis goes unnoticed when she's walking by"



PS. Ja, ik kon geen liedje vinden over kladsels op muren. Dus nu een fraai nummer met een mooie maar omslachtige tekst om een mooie vrouw te omschrijven.

donderdag 1 maart 2012

Muziek: Old 97s - Question

"Ja, laten wij het maar proberen." Aldus Herman Finkers voor het altaar. Trouwen doe je in de kerk, en als je de kerk de laatste jaren nauwelijks van de binnenkant hebt bekeken dan heb je weinig redenen tot trouwen. Tenminste, dat zijn de trouwerijen zoals ik die ken: 's ochtends naar de kerk en het gemeentehuis, 's middags een feest met goede vrienden en naaste familie, een feestmaal en dan 's avonds een groot feest met de buren, de teamgenoten, de collega's, en de mensen waarvan je zegt "als we die en die uitnodigen, dan kunnen we hem niet overslaan". Het gaat van z'n leven hoog (hopelijk krijgt de bruidegom geen lamp in het oog en valt de bruid niet op de grond), het dansende paar wordt ingewikkeld in papier en slingers en na koffie met broodjes ham en kaas gaat iedereen moe maar voldaan op huis aan.

Maar zo vanzelfsprekend is dat lang niet meer. Er zijn nog wel mensen samen, en als dat goed gaat komt er vaak ook wel een huisje, soms met het boompje en beestje erbij. Maar trouwen, ho maar! Het hoeft niet meer voor de kerk, het hoeft vaak ook niet meer voor de kerkelijke ouders. Wat er dan overblijft van het huwelijk is een loos begrip en een ambtenaar die vast legt dat het paar met elkaar verder wil, tot de dood (of de scheiding) hen scheidt. Er verandert iets als je samen gaat wonen, er verandert iets als je kinderen krijgt. Trouwen verandert niets, hoogstens een achternaam.

Moet je dan trouwen alleen voor het feest? Ik vind van wel. Het is meer dan de som van eten, wijn, bier en plezier. Een trouwfeest is er om te laten zien dat je er een gevonden hebt waar je trots op bent en gelukkig van wordt, en dat die andere er net zo over denkt. Komt dat zien, is het niet prachtig! Hoe je het ook doet, met honderden gasten of als in Turks Fruit met z'n tweeën op een fiets naar het gemeentehuis. De waarde van een goed feest wordt vaak onderschat. Zonder de dwang die vroeger vaak huwelijken tot stand bracht is een trouwerij des te oprechter. Wat daarna komt, zie je dan wel weer. Maar die ene dag, toen was het echt. En iedereen waarvan je wilde dat hij het zag, heeft het kunnen zien.

"Someday, somebody's gonna ask you
A question that you should say "yes" to
Once in your life
Baby, tonight I've got a question for you"



PS. Ik ben zelf nog lang niet toe aan trouwen, dus misschien kijk ik er later wel anders tegenaan en heb ik nu makkelijk praten. Maar dat zien we dan wel.

Er waren meer liedjes die in aanmerking kwamen, van cynisch, tot grappig tot zoetsappig. Deze hierboven is duidelijk van het zoetsappige soort. De andere opties waren:

Normaal - Ik mos pissen
"Teunis en Truusken die waren getrouwd
dus wier der 'n heavig feest gebouwd
iedereen zei: proost en zie zwoksten in het rond
um tien uur ging 't van zie leaven hoog
de bruidegom die kreeg de lamp in het oog
't bruidjen schrok en zie smakten op de grond"

Lyle Lovett - She's no Lady
"The preacher asked her
And she said "I do"
The preacher asked me
And she said "yes he does too"
And the preacher said
I pronounce you 99 to life
Son, she's no lady, she's your wife"

Want Want - Klaas Jan
"Tegenwoordig zijn die meisjes heel duur in onderhoud,
en gaan niet half zo lang mee, als je niet met ze trouwt"

De Staat - I'll Never Marry You
"Love, I'll never marry you
Because you don't ever tell the truth
Love, you come and then you go
Love, I'll need a little more"

vrijdag 17 februari 2012

Muziek: Wilco - Heavy Metal Drummer

"Hela, Hola, ho lalalala! Jongens wat een schik, doe dat bier 's hier op an!" En dat was onze carnaval. Carnaval en ons dorp, het heeft iets weg van de intro van Asterix en Obelix: "Heel de omgeving vierde carnaval. Héél de omgeving? Nee, één klein dorpje bood dapper weerstand..." En dan zo'n vergrootglas op de landkaart waar je ons dorp zou kunnen zien liggen. Maar de kans dat ons dorp ooit in een stripverhaal verwerkt zal worden lijkt me minimaal. Alhoewel er wel wat stripfiguur-lookalikes rondlopen hier. Maar daarover misschien een andere keer meer.

Waarom er geen carnaval gevierd wordt is de vraag. Volgens wikipedia is het dorp een kerkdorp, en die kerk is katholiek, evenals carnaval. Menig antwoord zal luiden dat carnaval "dom wark" is (het verkleden, de muziek, de wagens, de polonaise, het is allemaal "dom wark"). Of het probleem met carnaval nu werkelijk te maken heeft met de nuchterheid annex stugheid van de bevolking waag ik te betwijfelen. Ik heb hier mensen doedelzak zien spelen op een barkruk, ik heb mannen in speedo een waterballet zien uitvoeren op een droog podium, er werd wekenlang gewerkt aan kanonnen om houten schijven een eind mee het weiland in te schieten. Nee, met de droge mentaliteit heeft het weinig te maken. Dom wark slaat hier soms best goed aan.

De buurkinderen zullen nog wel langskomen foekepotten, waarvoor er waarschijnlijk nog snoepgoed in huis gehaald zal moeten worden, aangezien gevulde zakken snoep in dit huis geen lang leven beschoren zijn. Links en rechts zijn er nog mensen die meedeinen in de carnavalsvreugde van andere plaatsen, maar dit dorp wordt dit weekend niet ondergedompeld in schmink, feestneuzen, vermommingen, hoempapa-muziek en bond uitgedoste wagens. Er wordt wel bier gedronken, maar dat is meer "business as usual".

"Oh I sincerely miss those heavy metal bands
I used to go see on the landing in the summer
She fell in love with the drummer
She fell in love with the drummer
She fell in love"



PS. Oké, oké, dit nummer heeft niks te maken met carnaval. Maar! Ik ga morgenavond, bij wijze van alternatief, luisteren en kijken naar een stel coverbands die de muziek spelen van enkele heavy metalbands: AC/DC, Metallica en Iron Maiden. Maar dat is slechts een excuus, ik vind dit gewoon een mooi liedje. Wilco zijn sowieso helden, die al wel eens op Lowlands zijn geweest. Wie houdt gitaarsolo's moet hier eens een kijkje nemen.

Om terug te komen op de carnavalskraker waar ik mee begon. Het werd geschreven en gecomponeerd door het tweede elftal van de lokale voetbalvereniging ter ere van het enige teamlid dat wel carnaval viert. En dan echt, hij heeft zelfs zo'n gekke muts die alleen belangrijke carnavalsvierders op mogen hebben.

Het "Hela-Holalied", zoals ik het maar even zal noemen, is het perfecte carnavalslied: het is kort, het bevat het woord bier en vat kort samen waar het hele feest dat carnaval heet om draait (voor wie niet veel met carnaval op heeft, in ieder geval). Er is zelfs een dansje bij, dat ook niet moeilijk te onthouden is. De tekst nog een keer:

"Hela, hola, ho lalalala,
jongens, wat een schik
doe dat bier 's hier op an"

Theo Maassen houdt wel van carnaval, en dansmarietjes.

donderdag 9 februari 2012

Muziek: Rammstein - Stein um Stein

En hij zag dat het goed was. De eenvoudige optelsom van te veel tekenfilms kijken en het bezit van een kist vol Lego stenen leidde tot een bizar leger met buitenissige soldaten en voertuigen met een hoog A-Team-gehalte. Zo ging het vaak: met verjaardagen en sinterklaas kregen mijn broertje of ik een doos met bijgeleverde bouwtekening, die eerst keurig gevolgd werd. Met het resultaat werd even gespeeld, er werden dan al snel kleine aanpassingen gedaan, en dingen gecombineerd met al aanwezig bouwmateriaal. Dit leidde al tot surrealistische scenario's, waar middeleeuwse ridders de strijd aangingen met poppetjes die toch veel weg hadden van conducteurs. Na verloop van tijd verdwenen de stenen op de grote hoop. Een magazijn waaruit we konden putten om onze eigen hersenspinsels te realiseren.

Onze moeder was de grote sloper. Ik moet haar nageven dat ze een ijzeren geduld had, alles steentje voor steentje uit elkaar halen, terwijl de stofzuigerslang alles in een oogwenk naar binnen had kunnen slurpen. Want onze werkplaats/bouwput breidde in productieve dagen zich al snel uit van onze kamers tot ver in de hal tot de woonkamer en keuken aan toe. Tot het punt aan toen dat het hele gezin op z'n tenen zich door het huis moest verplaatsen. Wanneer zoiets in de vergetelheid raakt, weet niemand. Maar op een gegeven moment stonden de laatste voltooide Lego Technic-producten boven op de kast en was de kist met ons jarenlang opgespaarde materiaal verdwenen naar het zolder.

Maar de Lego maakte een comeback. Wat voor één. Afgelopen kerstmis stond de woonkamertafel ineens weer vol met bakjes met onderdeeltjes, voor de shovel, een van m'n broertjes laatste aanwinsten toen mij de interesse in de kleine bouwstenen al vergaan was. Oh, wat een kerstfeest! Onderdeeltjes vergelijken met de tekening, niet kunnen wachten om de leukste onderdelen al in elkaar te zetten, het draaien aan de radertjes als je weer wat tandwielen had aangebracht, de skeletbouw waardoor alles kunt zien zitten en werken, de ongeduld bij het aanbrengen van de laatste onderdelen. Evenals ruwweg tien jaar geleden stelde de shovel ons niet teleur: pompen om luchtdruk op te bouwen in de tank, dan de hendels verzetten en jawel, de bak ging omhoog, de bak ging omlaag, de bak schepte, de bak kieperde. Intussen had ons zusje de trein ontdekt, inclusief de conducteur die niet geleden leek te hebben aan zijn vroegere strijd met de ridders.

Vanavond was er op National Geographic Channel een programma over Lego. Stukken over de fabricage, over de geschiedenis, het ontwerpproces, en toen kwamen er ineens een stel robots in beeld. Lego-robots, welk een levensvreugd! De laptop had ze snel gevonden, die robots. Ik las de mogelijkheden, ik zag dat er nu ook een Unimog te verkrijgen was. Een Unimog! Dat zal veel mensen niet veel zeggen, maar het is een big deal, zoals dat heet. Een trekker, bakwagen en kraantje ineen. Dat spreekt tot de verbeelding van ieder boerenjongetje. Mijn vingers jeukten. Dat ik dan nog tijd en geld besteedde aan boeken, dingen van papier, met alleen maar letters erop. Het leek een moment onvoorstelbaar. De bestelknop leek me aan te kijken: "Klik op mij, klik op mij!". Maar ik weerstond de verleiding. Maar het is niet onmogelijk dat volgens jaar kerstmis de heren van deze familie bouwen aan een Unimog.

"Ich habe Pläne, große Pläne"



PS. Oké, Rammstein zingt hier duidelijk niet over Lego. Maar over een obsessief, bezitterig soort liefde van de ik-persoon waaruit het plan voortkomt leidend voorwerp hiervan in te metselen in een huis waarin zij altijd de zijne zal zijn. Rammstein is erg gefascineerd door dit soort thema's. Dit nummer neigt al naar de situatie rondom bijvoorbeeld Natascha Kampusch. Over haar schreef Rammstein later nog een nummer, "Wiener Blut".

Allemaal in fel contrast met speelgoed als Lego, waarin je misschien wel een poppetje zou kunnen vastzetten in een huisje, maar toch krijgt het niet snel de grimmigheid die de nummers van Rammstein opwekken. Wat over blijft, is dat de titel en de eerste regel van dit nummer en zelfs een klein beetje de bandnaam zich wel lenen voor dit onderwerp. Lego en Rammstein, fascinating stuff!

dinsdag 7 februari 2012

Muziek: Marianne Faithfull - As Tears Go By

"Shut up, fool!" Er zat een knop op de oude muziekcomputer, als je erop klikte hoorde je B.A. Baracus een sneer uitdelen aan Murdock. Jarenlang was het geluid van B.A. het teken dat je in het daarop volgend half uur minstens twee platen van U2 zou horen, want het was altijd dezelfde gast die het niet kon laten op de knop te drukken. De tijden zijn veranderd nu: de muziekcomputer is vervangen een machine zonder B.A.-knop, en de U2-liefhebber heeft zijn muziekkeuze uitgebreid waardoor we nu luisteren naar normale hoeveelheden Bono en The Edge.

Maar the A-team, die kun je nog steeds tegenkomen, als je vroeg in de avond de tv aanzet. Maar nu is het toch anders dan vroeger. Nu loop je bij het intro vol met nostalgische gevoelens. "If you have a problem, if no one else can help, and if you can find them, maybe you can hire... The A-Team [BAFBAFBAFBAF!]", dat klinkt nog steeds best cool, en staat ook goed als tekst op een t-shirt. Maar de daadwerkelijke uitzending valt dan vaak tegen, vooral de ongeloofwaardigheid gaat toch knagen: machinegeweren ratelen, auto's slaan om en branden uit, dynamiet ontbrandt en explodeert, en daar bij dit alles komt er zelden of nooit iemand om het leven.

Maar vroeger geloofde je dat. Al stuitte ik toen al op problemen als ik fantaseerde over hoe het A-Team ons zou komen helpen. Ten eerste moest ik een probleem hebben, maar dat was het probleem niet, de noordtak van de Betuwelijn zou dwars over ons erf komen te liggen, en dat zou Hannibal Smith toch niet laten gebeuren. Maar ik voorzag wel problemen, als de slechte spoorbaanbouwers ons zouden opsluiten in onze schuur. Want waarvan kon het A-Team in onze schuur een indrukwekkend doch niet dodelijk voertuig bouwen? Er was geen dynamiet, er waren geen jachtgeweren, we hadden podverdomme niet eens een snijbrander. En een snijbrander was onontbeerlijk, daar wist iedere goede A-Team volger. Bovendien geloof ik niet dat m'n vader goed had gevonden als we onze trekker hadden omgebouwd tot een tank, en daarmee de deur van de schuur omver zouden rijden.

Maar op tv sprak het tot je verbeelding. Je wilde slim zijn als Hannibal, sterk als B.A., grappig als Murdock en populair bij de meisjes als Face. Het is sowieso moeilijk om nog zo onder de indruk te zijn van iets op televisie als toen je een kind was. Je verbeelding is ingeperkt, het realisme is erin geslopen, en daardoor geloof je niet meer dat je net als The Dukes met een Dodge Charger over een openstaande brug kunt springen en dan lachend om de wielen kunt landen. En dat is jammer, hoewel die ingeperkte verbeelding en toegenomen realisme ongetwijfeld enkele dodelijke ongevallen heeft voorkomen.

Dat we terugverlangen naar de tijd dat we vol overgave geloofden in onze tekenfilms, tv-series en stripboeken is te zien aan het succes van de verfilmingen van al deze dingen. En soms heb ik het nog, als ik een goede film heb gezien in de bioscoop. Dat je zo op gaat in de film dat het bier in de beugelfles lauw wordt en de bak met popcorn aan het eind van de film slechts half leeg is. Dan is de film af, en loop je stil de trap op en de zaal uit. Je zit er nog in dan. Totdat ze je vragen: "Noh, wat vond je ervan?" -"Och, wa mooi, onie?", en je bent weer groot, volwassen en realistisch. Het was maar een film, en niet echt.

"It is the evening of the day
I sit and watch the children play
Smiling faces I can see
But not for me
I sit and watch
As tears go by"



PS. Niet heel erg rock n roll, Marianne Faithfull. Of toch, ze was destijds het vriendinnetje van Mick Jagger, en het nummer werd ook geschreven door Jagger en Kieth Richards, van The Rolling Stones dus.

Raymond Goedemondt zegt zijn programma Spek ook iets over het A-Team, in dit filmpje te vinden op 1:55. En hier vindt je weer het intro van The A-Team. Tadadataa...

woensdag 1 februari 2012

Muziek: Mannenkoor Karrespoor - Lekker op de trekker

Klim er maar op bij mij, achter 't grote stuur
En ik weet dat het niet hard gaat, maar dan is onze pret van lange duur
En klim er maar op bij mij, naast me op de stoel
als je gaat met mij, zul je zien wat ik bedoel

Huh! Je moet me excuseren, want m'n dag begon niet lekker
m'n fiets die was gestolen, dus nu ben ik met de trekker
Nee, ik heet geen Gers, en ik ben geen Sef
maar 'k ben wel bezitter van een mooie MF
Verder hoor je van mij geen gemekker
ze zongen vroeger al, 't is lekker op de trekker
Dus ik kwam binnen, en ik wou bestellen
ik zag jou, ik voelde me beest, en jij was Belle
En het kan misschien liggen aan die twintig bier
Maar ik denk dat het ligt aan je lijf zo fier
Die borsten, billen en lange poten
Je haren en die mooie ogen, je werd nagefloten
Die ogen, ze keken, ze sjansten en ze lachten
En ik keek naar buiten, want daar stond een rode machine je op ons te wachten

Uh! Ik sprak je aan en begon meteen te dromen
Zou een sprookje hier dan uit gaan komen?
En het zou kunnen komen door die tien glas Jäger
Maar om ons heen werd de kroeg steeds leger
Ik ben geen boer Frans en geen boer Wietse
Maar laat die anderen maar mooi gaan fietsen
Het is geen Deutz, geen Fendt en geen Renault
en hij is misschien wel wat oold
Maar ik heb de banden op spanning en de lagers vet
en in de cabine heb ik de kachel al aangezet
Dus kom uit die kou en geloof me nou
Als ie eenmaal rijdt krijg je echt geen spijt
Een MF is beter dan een Gazelle
Ik wil je beest zijn, want jij bent Belle

Klim er maar op bij mij, achter 't grote stuur
En ik weet dat het niet hard gaat, maar dan is onze pret van lange duur
En klim er maar op bij mij, naast me op de stoel
als je gaat met mij, zul je zien wat ik bedoel

"Want het is lekker op de trekker
Met het rubber deur de blubber
Ja, het is lekker op de trekker
Geef je leven zin
Toe vrouwgies wordt boerin"



PS. Dit is een halfslachtige poging om een alternatieve tekst te verzinnen op de hit van Gers Pardoel en Sef, "Bagagedrager", voor wie dat nog niet door had. Voor wie nog niet bekend is met het origineel, zie hieronder. De origele tekst vind je door hier te klikken.

Oh, en, uiteraard, is het bovenstaande werk pure fictie. En het is zeker geen pleidooi om met 20 bier en 10 Jägermeister op achter het stuur van een trekker te gaan zitten. Al is het een Massey Ferguson.

dinsdag 31 januari 2012

Muziek: Dropkick Murphys - Going Out In Style

Verkeersregels leken sowieso niet te bestaan op Kreta. Tenminste, er waren al weinig lijnen op en borden langs de weg te vinden, en deze werden dan ook nog eens vol overtuiging in de wind geslagen door de taxichauffeurs die ons iedere avond van het nieuwe 'uitgaans'-Chersonissos naar het oude Chersonissos brachten, waar de betere restaurants waren te vinden. Maar de dagen dat we quads hadden gehuurd zochten we wel de grenzen op van deze oude Kretenzer gewoonte.

"I-j jaagt oe nog dood!" riepen we tegen de kameraad die de wetteloosheid van het verkeer op het eiland wel tot het uiterste probeerde uit te buiten. "Maakt mie nie oet," reageerde hij, "He'k 'n mooi leav'n had!" Waarna hij zich weer vol gas in de chaos op het zonovergoten asfalt stortte. Hij leeft nog. Het is al weer een paar jaar geleden dat we daar waren, op dat Griekse eiland, nog voordat een stel Haagse jongeren hier de boel verkenden voor een tv-programma. Hij zal er ook blij om zijn. Het leven is nog steeds mooi.

We gaan allemaal een keertje dood. Misschien over lange tijd, nadat we onze kleinkinderen nog hebben kunnen verwennen omdat ze hun zwemdiploma hebben gehaald. Misschien morgen, als we door het ijs zakken dat ondanks de kou toch niet zo dik is als we hadden verwacht. Misschien aankomende zomer, als we een quad van 250 cc frontaal tegen een Griekse Mercedes-taxi parkeren. Maar hoe dan ook zou het mooi zijn als we dan zeggen konden: maakt me niet uit, ik heb een mooi leven gehad.

"Burn me to a rotten crisp and toast me for a while
I could really give a shit - I'm going out in style"

zaterdag 14 januari 2012

Muziek: Whiskeytown - Dancing With The Women At The Bar

Het is een standaardgesprek, op de zaterdag-, zondag- en maandagochtend.
-"Nog vot wes?" (vertaal het naar uw eigen regio en taalgebruik, maar de vraag is of je nog bent wezen stappen)
-"Joah, noar Dinges." (Vul bij Dinges elke mogelijke uitgaansgelegenheid in, soms kan ook het antwoord zijn "Neuh" of "Mwah, 'k had feest", of een ander antwoord dat niet door kan gaan voor 'echt uitgaan')
-"Was 't nog drök dan?"

En dat, mensen, is wat me soms bezighoudt. Dat de vraag hoe druk het was vaak voor de vraag komt of het leuk was. Alsof de hoeveelheid mensen een maat is voor de geslaagdheid van een avond. Het zegt natuurlijk wel iets. In een bekend boek sprak een mooi meisje eens de woorden: "En ik houd van grote feesten. Ze zijn zo intiem. Op kleine feesten is er nooit enige privacy". En daar heeft ze een punt. Op feesten waar veel mensen zijn kun je oplossen in de menigte, om pas weer bekenden tegen te komen als je je rit naar huis opzoekt, zoals dat vaak gaat bij uitgaan in deze contreien. En dan kun je ze van alles wijsmaken over wat je die avond hebt meegemaakt. Totdat getuigenverklaringen en 'social media' je de in de dagen daarop je nog kunnen corrigeren in je overdrijvingen en onwaarheden.

Maar drukte zegt niet alles. Kwaliteit boven kwantiteit, daar gaat het om. Je hebt je juiste mensen nodig, en de omstandigheden. Je wilt de mooie mensen, om je aan te vergapen, en die je genoeg suggestie geven om even te denken dan je met een van hen een mooi avond of zelfs een mooi leven zou kunnen beleven. Je wilt dat als mensen zich laten beïnvloeden door drank, dat ze dan met iedere slok vrolijker en grappiger en speelser worden, in plaats van agressiever, slomer en meer geneigd tot braken. Je wilt mensen zien scoren en blauwtjes zien lopen als je het ze gunt. Je wilt de muziek horen die je naderhand zult gaat na neuriën als je je op de terugweg begeeft. Je wilt ook dat de avond niet je bankrekening plundert. Je wilt er mooi verhaal aan overhouden, bijvoorbeeld dat een jongen bij wijze van openingszin een meisje een gehaktbal aanbood.

En al deze dingen kunnen voor verschillende mensen evenzo verschillende dingen betekenen. Er zijn er die smelten als ze een halve kilo metaal verwerkt zien in een gezicht door piercings en oorbellen. Anderen genieten van een bril met deftig montuur en een dromerige blik die suggereert dat de bijbehorende ogen een stapel zeer ingewikkelde en romantische boeken hebben gelezen. Sommigen willen geld ruiken (money, money, money). Er zijn mensen die niet meer bijkomen na een mop over seks tussen een pauw en een pinguïn, je hebt er die alleen bij het horen hiervan gillend de zaal uitrennen. Het is een kwestie van smaak, welke kwaliteiten je op je feest verlangt.

En voor al die omstandigheden heb je al met al ook geen bomvolle zaal nodig. Soms is drukte zelfs een belemmering en voelt je jezelf in de loop van de avond langzaam gemarineerd worden in een mengsel van drank, zweet en deodorant, zoals de sardientjes in hun blik. Overal waar je staat schijnt er een gangpad te zijn voor mensen die ergens nodig naar toe moeten. Drinken halen duurt een uur of wat, je tenen zijn blauw getrapt en zonder dat je de intentie had heb je in een half uur een half dozijn mensen aangerand, en vice versa. En dan de volgende dag, op het werk, of in de kantine, vraagt iemand met enkel goede bedoelingen: "Was 't nog drök dan onie?"
"Joah, dat was 't..."

"Man, I love the feeling when I go out
Dancing with the women at the bar
Man, I love the feeling when I go out
I always know my woman's close somewhere"



PS. Het boek dat even geciteerd werd in de "de grote Gatsby", wat feitelijk gaat over een man die zo snel mogelijk rijk is geworden met als enkel doel om zijn jeugdliefde er alsnog van te overtuigen dat hij de man voor haar is. Als hij (illegaal) een fortuin bij elkaar heeft gesprokkeld gaat hij bij z'n liefje in de buurt wonen geeft hij grote, buitenissige feesten in de hoop dat zij er ook eens zal komen. Wel, hoe dan ook, de uitspraak in het stuk hierboven gaat over zo'n dergelijk feest. Wie meer wil weten kan het boek lenen (in het Nederlands of het Engels, ik vond het echt een mooi boek)

Whiskeytown is de band waarin Ryan Adams de baas was voor hij solo ging. Alternatieve country, alternative country-rock, etcetera. Country met een korstje. Weet ik het, ik vind het fijn om te horen. Ik groet u.

woensdag 4 januari 2012

Muziek: Johan - Tumble and Fall

Een jaar is de tijd die de aarde er over om een volledige ronde om de zon te draaien. Dat is niet 365 dagen precies, maar we willen het hele zootje ook nog samen laten vallen met de lengte van onze dagen (de tijd waarin de aarde volledig om z'n as draait) en onze maanden, die oorspronkelijk zijn gebaseerd op de tijd tussen twee nieuwe manen (dat is ongeveer negenentwintig en een halve dag). Als je het hele zootje op elkaar gooit krijg je onze kalender. O, ja, er zijn ook nog weken, maar daar weet ik nu niks zinnigs over te zeggen.

Maar dan weet je een beetje wat je eigenlijk viert als je de champagneglazen tegen elkaar botst en al die bekenden en collega's de hand schudt en, wanneer dat gepast is (of niet), drie zoenen op de wang drukt. We hebben het gehaald, weer een rondje! Nou ja, ongeveer dan. En ik zeg niet dat je geen feest vieren mag omdat je niet weet wat er eigenlijk aan de hand is op een feestdag. De zomerfeesten met hemelvaart zouden een saai feestje worden als dat een voorwaarde was. Wie weet nu nog waar hemelvaart ooit voor in het leven is geroepen? Laten we het er maar op houden dat het wel makkelijk is, zo'n kalender. Wie een reden zoekt voor het feest van de jaarwisseling kan nog proosten en kussen ter ere van z'n nieuwe kalender, of die nu van Playboy is of van Fokke en Sukke.

Ik zag geen kwade geesten schrikken en op vlucht slaan voor de knallen de carbidkanonnen en de flitsen van het vuurwerk. Maar ik genoot wel van de dreunen, en van de mensen en het bier en de hamburgers in de tent op oudjaarsmiddag. En van de beenham 's avonds thuis en van Helligen Hendrik op tv die zijn schoonmoeder vergeleek met een cactus ("altijd stekelig en niet kapot te krijgen"). Na twaalf uur schudde ik de handen, slobberde ik met tegenzin maar voor het idee een glas bubbelwijn naar binnen en genoot ik van het vuurwerk dat fonkelde in de donkere lucht. Ik vierde het nieuwe jaar, thuis, bij de buren en tenslotte in het café. Vervolgens sliep ik als een blok een groot deel van de eerste dag van het jaar aan gort. En al die hemellichamen maar draaien...

"Where every day's the same, will turn into a long night"



PS. Ik weet dat dit liedje van Johan gaat over depressie, maar aangezien ik over depressie geen uitspraken durf te doen maar het lied toch prachtig vind, acht ik het hierboven vermelde zinnetje voldoende om dit nummer als blogtitel te gebruiken.

Voor wie meer wil weten over kalenders en omwentelingen van planeten en manen: raadpleeg wikipedia. Of een ouderwetse encyclopedie. Het staat in ieder geval in de vierdelige "Encyclopedie voor zelfstudie" die hier in de kast staat.