The Jukebox. Van Joan Jett ("I Love Rock n Roll") tot Corry en de Rekels ("De Jukebox"), van oude tv-series tot oude films, het apparaat krijgt een soort nostalgische status tot aan het mythische toe. Een apparaat dat tegen betaling van een muntstuk mechanisch het gekozen singletje op de draaitafel legt, zo simpel moet het zijn geweest: een deejay die verdomme wel draait wat je horen wilt. Ik heb er nooit een van dichtbij gezien, maar ik heb er een haast sprookjesachtig beeld bij. Zo'n ding, glimmend, met lampjes, midden in de kroeg. Kleingeld uit je zak halen, goed nadenken over je keuze, de jukebox zijn werk laten doen en dan de reacties afwachten. Want iedereen heeft je geringschattend gadegeslagen terwijl je daar bezig was. Hopen dat het aanslaat. Corry Konings zong, toen ze nog bijgestaan werd door een stel Rekels: "Ik draai een plaatje voor jou, omdat ik van je hou". En zo is het, in mijn jukeboxdromen.
Maar de jukebox is vervallen tot verzamelaarsobject en hij heeft plaatsgemaakt voor de muziekcomputer. Een kast vol digitale muziek, veelal verscholen achter het schap in het café. Deze pc draait continu, en kan afgesteld worden op genre om te voorzien in de behoefte van de klandizie op dat moment. Van polka tot metal, van polonaise tot happy hardcore, het kan. En kwartjes en dubbeltjes zijn overbodig. In het café zet ik hele lijsten erin, met Rammstein, Jovink, The Beatles, Metallica, The Police, The Cure en de Dikke Lul Band. Deze laatste band heeft een soort cultstatus bereikt, doordat deze taalvirtuozen op de Radetzkymars van Strauss een diepzinnige tekst hebben bedacht ("dikke lul, dikke lul, dikke lul lul lul" en zo verder. Een van de mannen van dit duo heeft ongetwijfeld Turks Fruit gelezen). Maar voor de ultieme lijst staat er niet genoeg in. En daarnaast is er nog een nadeel: er zijn er meer die weten hoe het apparaat werkt, je hoeft daar kennelijk geen rockliefhebber voor te zijn. Zo kan het het zijn dat je na "Smells like Teen Spirit" en "Paint It Black" ineens Koos Alberts met "Zijn het je ogen" kunt horen zingen.
Maar ik snap ook wel dat niet iedereen mijn smaak voor muziek kan hebben. Soms wordt deze hele computer buitenspel gezet en wordt de tuner ingeschakeld op een piratenzender. Dan legt ergens in de omgeving in een bierkeet een jongeman singeltjes op een draaitafel. Niet naar jouw keuze, maar wel handmatig en voor niks. Intussen gaan er geruchten dat de techniek al weer een stukje verder is: muziekcomputers met verbinding met het internet. Een soort iTunes of Spotify voor café-muziek. Nooit meer mopperen dat dat ene plaatje er niet in staat. Maar dat andere probleem lost het niet op: Corry en de Rekels, Koos Alberts en Henk Wijngaard zijn met Spotify ook gewoon te vinden.
"Go find a jukebox and see what a quarter will do
I don't wanna talk I just wanna go back to blue"
PS. Het origineel is van Lucinda Williams, een country-achtige singer-songwriter uit the USA. Roos Rheebergen van Roosbeef zong het een paar maand geleden in de DWDD Recordings, een item waarin Nederlandse artiesten een nummer zingen wat veel voor hen betekend heeft.
Een beetje een rustig nummer, maar aangezien ik door het bovengenoemde citaat tot dit onderwerp.
En, voor de liefhebbers: de link voor de Dikke Lul Band met het Dikke Lul Lied. Hieronder de oorspronkelijke Radetzkymars in de uitvoering van André Rieu.
Update: vanavond hoorde ik de suggestie dat het dikke lul lied beter zou klinken in het Duits: "Dicker Schwanz, dicker Schwanz, dicker Schwanz Schwanz Schwanz!" Want alles klinkt in het Duits beter. Zoals Das A-team van Hans Teeuwen. I rest my case
BeantwoordenVerwijderen